Meer dan 5,6 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Ruimte-lijk in zicht!

Gerthein Boersma 02 april 2024
Full disclosure: Roderick is een oud-collega -en oud-appgroep-medelid met wie ik vooral in corona-tijd menig online bordspel heb gespeeld. Dus als deze recensie wat al te kritisch overkomt dan is dat omdat ik a) weet dat Heer Rood weet van wie het komt en b) in januari 2021 volstrekt ten onrechte een potje Ticket To Ride van hem heb verloren.

Ook goed te weten: ik heb het korte verhaal gelezen waarop dit boek gebaseerd is en daarin schuilt ook mijn eerste punt van kritiek. Sterrenlichaam, het boek, bewijst absoluut dat er meer in de premisse zit dan een verhaal van 8.000 woorden. Maar het bewijst tegelijk dat de ideale lengte nu ook weer niet het tienvoudige daarvan is. Veel veranderingen en aanvullingen zijn slim, veel andere voelen aan als watertrappelende pogingen om het tot de kern komen (pun intended en potentieel spoilereus) te vertragen. En ja, iets wat dan absoluut bijdraagt aan dat gevoel is het feit dat het korte verhaal 'in media res' begint op een punt dat het boek pas na een hoofdstuk of 10 bereikt.

Maar de premisse — wat als Alien, maar dan in een gigantisch ruimte-lijk? — blijft sterk, en Sterrenlichaam is op zijn best wanneer dat basisidee rechttoe rechtaan wordt uitgebuit. Er wordt soms schaamteloos leentjebuur gespeeld bij Ridley Scotts meesterwerk en diens knock-offs - ik meende wat Event Horizon te ontdekken, kan ook sporen (!) van The Thing bevatten - maar dat moet mogen. Het stelt de schrijver immers in staat om bekend veronderstelde tropen te gebruiken als een soort ‘shorthand’ en zo vrij snel een verhaal en wereld te schetsen. Zo ontstaat er ruimte voor wat toffe actiescènes die goed werken wanneer we de lay-out voor ons zien en weten wie waar in welk gevaar is. Het slim toepassen van anatomische kennis maakt het allemaal nog beeldender.

Des te jammerder is het wanneer de schrijver de regie over die scènes kwijtraakt. Er wordt wat ‘fast and loose’ gespeeld met schaal en afstand, soms lijkt de de locatie of aanwezigheid van personages te zijn vergeten, en waar een ‘brachiusholte’ zich in het lichaam bevindt kon ik zelfs met behulp van Google niet ontdekken. De beklemmende sfeer schetsen blijkt dan een stuk eenvoudiger dan deze consistent vasthouden.

De world building dan. Die speelt eveneens doeltreffend leentjebuur bij late 70s/early 80s Hollywood sf: dat de toekomst toebehoort aan Japan geeft het geheel een futuristisch-nostalgisch tintje. Zodoende wordt zelfs zoiets onschuldigs als een kokeshi-pop een subtiel, sinister symbool van onderdrukking. Helaas vliegt Roderick hier wat mij betreft volledig uit de bocht, op een wijze die onbedoeld op de lachspieren gaat werken. Kennelijk is in de 22e eeuw ieders referentiekader gereduceerd tot de meest oubollige Oost-Aziatische clichés, met plotse stemmen die “door de stilte snijden als een Yanagiba-mes door dagverse sashimi”, mensen met “wenkbrauwen als katana’s boven de ogen” die “met hun vinger in een denkbeeldige kom miso-soep roeren” en gelaatskleuren die “richting het scharlaken van geisha-lippen kruipen”. Let wel: één van die vier heb ik verzonnen… maar de andere drie zinnen staan er dus gewoon in, en zo nog tientallen. Stel je voor dat er een Japáns SF-boek zou bestaan over Néderlandse hegemonie in het universum, waarin afstanden gemeten worden in klompen, alle beeldspraak gedomineerd wordt door molens en tulpen en meetings zich voltrekken onder het genot van een broodje kaas… dan heb je enig idee hoe karikaturaal dit uiteindelijk wordt.

Sowieso overstijgen de meeste personages de enige aan hen verstrekte dimensie of drijfveer niet (tenzij die nét te rigoreus vervangen wordt door een ándere, soms tegengestelde drijfveer). Eén mijnwerker herinnert de lezer er elke zin wel aan dat hem het kenmerk ‘Christen’ is toebedeeld. Toen hij, luttele pagina’s na zijn tamelijk hilarische dood, ineens werd herinnerd als joviale gozer, brak mijn ‘geta’ in splinters uiteen. Toegegeven: gaandeweg wist ik deze ietwat ‘Saturday Morning Cartoon’-vibe wat meer te omarmen. Bezien door de lens van Rodericks Young Adult-achtergrond is die zelfs goed te hebben, hoewel het zich soms wat moeizaam verhoudt tot de tamelijk willekeurige gruwelijkheden en onhandige seksscènes die het geheel een wat mij betreft misplaatste pretentie van diepgang geven.

Pretentie wreekt zich ook in de schrijfstijl, alwaar wederom sprake is van excessen die grenzen aan zelfparodie. Elk personage — zelfs de Hollandse rouwdouwer Kev — etaleert een niet te stuiten voorliefde voor malle metaforen en liederlijke vergelijkingen in zijn of haar interne monoloog. Wie een lach kan onderdrukken als er binnen twee zinnen een levenspad vergeleken wordt met een op de grond kletterend mikado-spel en vervolgens een stasis-cabine met een insecten-verleidende junglebloem, is een beter mens dan ik. Wat meer dosering had hier niet misstaan, te meer omdat Roderick zich regelmatig vergaloppeert qua woord- en idioomkeuze. ‘Geknipt en geschoren’ waar ‘gepokt en gemazeld’ bedoeld wordt, ‘slinken’ en ‘duimen’ in de Engelse betekenissen, niet-axiomatische axiomata (oftewel: ‘axioma’ als duur woord voor ‘stelling’), vondsten als ‘helmloos gaan’ en ‘vers keelbloed’, herhaaldelijk gebruik van ‘tart elke beschrijving’ (waarna uiteraard toch een beschrijving volgt) en meer van dat soort fraais: de verhouding kromme formuleringen/rake formuleringen is zo ongeveer 1 op 1… en dat zijn gewoon veel teveel kromme formuleringen. Ambitie valt te prijzen, maar deze pogingen tot het etaleren van de woordenschat riepen bij mij toch vooral het beeld op van een wannabe gewichtheffer die zich in de sportschool jammerlijk vertilt aan een net iets te zware barbell.

Zonde, want als de spreekwoordelijke shit de fan hit valt er best wat te genieten. Na het eerdere gewatertrappel ontspoort (pun intended en potentieel spoilereus) de boel op zeker moment op bevredigende wijze. Niet elke twist voelt als twist - voor zover ik überhaupt al aannames deed over het schurkachtige mega-bedrijf dat het Sterrenlichaam exploiteert, waren de gedane ‘onthullingen’ daar absoluut niet mee in tegenspraak - en er wordt ook een investering verondersteld in het wel en wee van de voornoemde voorman Kev die voor mij niet gold en zich dus ook niet uitbetaalde. Maar met de epiloog keert het geheel terug naar de simpel-doch-doeltreffende essentie. Dat maakt de afloop nipt bevredigender dan die van het korte verhaal - en zeker dan die van dat potje Ticket To Ride.

PS. Fun fact: het aforisme ‘Hoe lang je ook slaapt, je wordt altijd wakker met de vragen van gisteren.’ is in de nog te verschijnen Chinese versie vertaald als ‘Jan Diederik je ook slaapt…’ (excuses, ik kon het niet laten).

Reageer op deze recensie

Gesponsord

Leen (27) zit gevangen in een kelder. Pas als hij zelf begrijpt waarom, zal zijn moeder hem vrijlaten. Literaire thriller. Spannend en aangrijpend. Vakantietip!

Stemmen laat de kracht van taal laat zien. Bijzonder knap hoe Boekwijt erin slaagt warmte en kou en hoop en verdriet in enkele zinnen te vangen.