Eva.

Eva.
Zij groeide op in een streng katholiek gezin in Brabant. Trouwen, kinderen krijgen en voor het huishouden zorgen, zo hoorde het leven te zijn voor een vrouw. Het huwelijk van Eva's ouders was echter geen gelukkig huwelijk en Eva krijgt van jongs af aan al mee dat zij nooit afhankelijk moet worden van een man.

Eva.
Zij is intelligent en een echte doorzetter. Hoewel het nog niet gebruikelijk is in die tijd gaat zij vol haar carrière en weet het als één van de weinige vrouwen te schoppen tot arts en hoogleraar.
Niet lang nadat zij tot hoogleraar is benoemd begint de vermoeidheid bij Eva toe te slaan. Aanvankelijk wordt er aan een burn-out gedacht, maar uiteindelijk komt de verwoestende diagnose:

"Het is een cocktail van dementie, MS en Parkinson. Het is het soort cocktail dat je niet wilt hebben".

Eva.
Een fictief verhaal, gebaseerd op de werkelijkheid. Het is geschreven door Bregje, haar jongste dochter.
Zij schetst een beeld van afstandelijke familieverhoudingen. Een familie waarin niet veel wordt gepraat.

"Ik denk dat we alle vier intens verdrietig, onmachtig boos en door haar ziekte verslagen waren. Maar we deelden het verdriet niet".

Het verdriet wordt ook niet met de lezer gedeeld. De naasten van Eva worden zeer summier beschreven en blijven erg aan de vlakte. Als lezer blijf je afstandelijk meelezen.
Wanneer het einde van het boek nadert wordt het echter intiemer en voel je de emotie van de schrijfster en de liefde voor Eva, haar moeder.

Eva.
Over haar gaat het boek.