Prachtboek

‘Altijd iets te vinden’ van Wieteke van Zeil is een prachtboek geworden. Zowel voor de kunstliefhebber als voor wie dat wil worden.
De ondertitel ‘De kunst van het oordelen’ weet Van Zeil op verschillende manieren invulling te geven. Allereerst in de hoofdmoot van het boek, die bestaat uit 59 beschouwingen over evenzoveel kunstwerken. Elke beschouwing beslaat twee pagina’s tekst. En elke beschouwing is geïllustreerd met twee afbeeldingen, van uitstekende kwaliteit, eerst een afbeelding van een detail, de bladzijde daarna van het gehele werk. In diezelfde volgorde detail-geheel bespreekt Van Zeil de kunstwerken ook, en dat is verfrissend verrassend. Het werkt prima. Van elke beschouwing valt zeker iets op te steken, en je leert er ook nauwkeuriger door kijken. De besproken kunstwerken komen uit de twaalfde tot en met de eenentwintigste eeuw (plus eentje van voor onze jaartelling), zijn gemaakt door bekende zowel als onbekende kunstenaars, en die ver reikende spreiding in tijd en roem is zeker verrijkend.

Voorafgaand aan al die inhoudelijk rijk gevulde en goed leesbare beschouwingen komt Wieteke van Zeil met zes tips. Zoals ze zelf in de inleiding schrijft: “… zes tips om tot een gewogen oordeel te komen. Die tips zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek …”.
Die zes tips omvatten zo’n twintig pagina’s, en het knappe vind ik dat ze niet belerend zijn. Knap vind ik ook dat er geen geleuter of gezwatel in staat, wel veel zinnigs waar je veel aan kunt hebben.

Naast de beschouwingen en de tips komt de schrijfster met nog een derde onderdeel. Verspreid in het boek, op 36 anders gekleurde bladzijden, staan vijf essays waarin behartigenswaardige zaken aan de orde komen.

Ik heb veel plezier aan dit prachtige, leerzame, rijk geïllustreerde en fraai vormgegeven boek beleefd en kan het dan ook van harte aanbevelen. Chapeau, Wieteke van Zeil!