Desastreuse pandemie, robots in een woestijn, romances en kinderen die alles moeten redden…

Een intrigerend verhaal waarin je je helemaal kan verliezen en wat genoeg vragen open laat om verder over te fantaseren en dat schreeuwt om een vervolg of zelfs serie. Voordat je start is het goed om te bedenken waar je in dit boek wilt beginnen: bij de epiloog of bij het begin. De epiloog verklapt een ander deel van de afloop dan het begin, maar geeft ook een ander perspectief aan het verhaal.

Er is een dodelijke virus uitbraak welke een desastreuse pandemie veroorzaakt. In dit verhaal lees je hoe met moderne technieken geprobeerd wordt om het virus te genezen en de gevolgen die de pandemie heeft in te perken. Robots in een woestijn, romances en kinderen die alles moeten redden…
Het verhaal wordt vanuit verschillende hoofdpersonages verteld, tussen de uitbraak van het virus en het laatste hoofdstuk zit 15 jaar. Hierdoor leef je langere tijd met verschillende rollen in verschillende werelden mee die bij de bestrijding van het virus en het realiseren van een survivalstrategie belangrijk zijn. Het is jammer als je aan het einde van een hoofdstuk bent: de beschrijvingen van de omgeving en wat de personages meemaken, denken en voelen zijn namelijk zo dat je meteen hun verhaal ingezogen wordt, dat je wil weten wat er nog meer gebeurd en dat je wil weten of je vermoeden juist is.

De auteur, Carole Stivers, heeft een wetenschappelijke achtergrond, waardoor zij het gebruik van vaktechnische termen niet uit de weg gaat en deze juist een praktische rol in dit, nu nog, science-fiction verhaal weet te geven.