Lezersrecensie
Parijs, stad van liefde, hoop en haat
Megan Koreman behaalde haar doctoraat in de moderne Europese geschiedenis aan de universiteit van Berkeley (Californië). Haar persoonlijke link met het verzet in Europa tijdens WO II is vooral haar grootvader, nonkel en tante, die haar jonge vader als een soort afleiding voor de Duitsers in het verzetswerk meenamen. Over de Dutch-Paris ontsnappingslijn schreef ze al het non-fictie boek “Gewone helden”. Dit keer schrijft ze over dit thema een boek voor de Young Adults. Voor mij dus.
Het verhaal is gebaseerd op waar gebeurde feiten, zodat het extra spannend is. Ten eerste begon de ontsnappingslijn Dutch-Paris in januari 1944 piloten naar Spanje te brengen. De familie Van Geul is gebaseerd op het gezin Caubo en ook de familie Delfosse hoorde in het echt bij Dutch-Paris. Dit vind je allemaal netjes achteraan in het boek terug. Het boek beschrijft mooi en gedetailleerd hoe het was om in Parijs te leven tijdens de tweede wereldoorlog.
Maar we beginnen bij het begin: Jean vertelt het verhaal, waarin ook zijn tweelingbroer Michel een belangrijke rol speelt. In het begin loopt alles op wieltjes: ze worden niet ontdekt bij het netwerk, Michel kan rustig op de zwarte markt eten kopen, het lijkt niet alsof het oorlog is. Maar dan slaat het noodlot toe: ze worden gearresteerd. Jean, Michel, Suzette en maman worden vrijgelaten, maar papa blijft in de gevangenis van Fresnes. Verder ga ik er niets van vertellen, want anders is het de moeite niet dat je het boek leest.
Mijn favoriete persoon was Suzette. Omdat ze het meest realistisch is. Later in het boek lijkt het net alsof Jean en Michel geen gevoelens hebben over sommige dingen. Ook Mariëlle speelt voor mij een belangrijke rol. Misschien dat andere mensen dat niet zo merken, maar hoe Jean omgaat met Mariëlle is precies wat de meeste meisjes willen. Iemand die om hen geeft. En dat is wat de meeste jongens niet doen. Dus ik vond wel dat ze daar meer aandacht mochten aan besteden dan aan andere (langdradige) delen.
Als je met de jongens door Parijs loopt, is het net alsof je er zelf bent. De kaart aan het begin van het boek helpt om te zien, waar iedereen zich bevindt. Dit is zelfs na de oorlog handig, want niet alle families worden direct herenigd; Het is goed om weten dat het einde van de oorlog niet het einde van alle problemen was. Er is na de oorlog nog altijd weinig eten en de opgepakte familieleden komen niet direct of helemaal niet terug. Ook als ze terug komen, zijn ze bijna onherkenbaar. Dat trof me wel.
Mijn favoriete citaat is: Je komt op de wereld in een familie. Soms pakt de wereld die familie van je af. Je kunt weer een soort nieuwe familie opbouwen. Door goed voor elkaar te zorgen en samen alle kleine dingen die de wereld je geeft te vieren.
Het verhaal is gebaseerd op waar gebeurde feiten, zodat het extra spannend is. Ten eerste begon de ontsnappingslijn Dutch-Paris in januari 1944 piloten naar Spanje te brengen. De familie Van Geul is gebaseerd op het gezin Caubo en ook de familie Delfosse hoorde in het echt bij Dutch-Paris. Dit vind je allemaal netjes achteraan in het boek terug. Het boek beschrijft mooi en gedetailleerd hoe het was om in Parijs te leven tijdens de tweede wereldoorlog.
Maar we beginnen bij het begin: Jean vertelt het verhaal, waarin ook zijn tweelingbroer Michel een belangrijke rol speelt. In het begin loopt alles op wieltjes: ze worden niet ontdekt bij het netwerk, Michel kan rustig op de zwarte markt eten kopen, het lijkt niet alsof het oorlog is. Maar dan slaat het noodlot toe: ze worden gearresteerd. Jean, Michel, Suzette en maman worden vrijgelaten, maar papa blijft in de gevangenis van Fresnes. Verder ga ik er niets van vertellen, want anders is het de moeite niet dat je het boek leest.
Mijn favoriete persoon was Suzette. Omdat ze het meest realistisch is. Later in het boek lijkt het net alsof Jean en Michel geen gevoelens hebben over sommige dingen. Ook Mariëlle speelt voor mij een belangrijke rol. Misschien dat andere mensen dat niet zo merken, maar hoe Jean omgaat met Mariëlle is precies wat de meeste meisjes willen. Iemand die om hen geeft. En dat is wat de meeste jongens niet doen. Dus ik vond wel dat ze daar meer aandacht mochten aan besteden dan aan andere (langdradige) delen.
Als je met de jongens door Parijs loopt, is het net alsof je er zelf bent. De kaart aan het begin van het boek helpt om te zien, waar iedereen zich bevindt. Dit is zelfs na de oorlog handig, want niet alle families worden direct herenigd; Het is goed om weten dat het einde van de oorlog niet het einde van alle problemen was. Er is na de oorlog nog altijd weinig eten en de opgepakte familieleden komen niet direct of helemaal niet terug. Ook als ze terug komen, zijn ze bijna onherkenbaar. Dat trof me wel.
Mijn favoriete citaat is: Je komt op de wereld in een familie. Soms pakt de wereld die familie van je af. Je kunt weer een soort nieuwe familie opbouwen. Door goed voor elkaar te zorgen en samen alle kleine dingen die de wereld je geeft te vieren.
2
Reageer op deze recensie