Een boek over magie.

Zijn moeder is een heks en kan veel met kruiden, maar daarnaast zorgt ze voor een pot met magie.
Nu heeft zijn moeder een keer de magie gebruikt om zijn leven te redden toen Finn en zijn broer Sam verdronken. Nu zit de ziel van Sam vast aan die van Finn en daardoor kan Finn niet meer praten zonder stotteren en niet meer lezen.

Er zijn bandieten die de magie willen stelen terwijl zijn moeder is uitgenodigd door de koningin.
Finn wil de magie beschermen, maar de magie verhuisd van de pot naar hem. Finn hoort de stemmen en ze proberen hem uit.
De bandieten nemen Finn mee, maar hij ontsnapt. Op weg terug naar huis ontmoet hij Anna.
Een race tegen de klok, de bandieten en de gemene koning van achter de bergen die de magie ook wil hebben, net als het land van Finn.
Als extraatje zijn er de stenen waar de magie van afkomstig is.

Een bijzonder verhaal, wat me tijd kostte om er echt in te komen.
Daardoor de eerste dagen er niet echt in doorgelezen.
Tegen het einde met Finn en Anna die samen werkten met de wolf, wilde ik weten hoe het verder ging.