Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Eigenzinnige vrouwen in de 19e eeuw Deel 2 - Effi, Thérèse en Lina

op 18 juli 2021 door

Tekst: Cies, Gigi en Hetty
Banner: Hetty

In het eerste deel van dit artikel hebben wij de romans Thérèse Raquin (Emile Zola), Effi Briest (Theodor Fontane) en Juffrouw Lina (Marcellus Emants) in een breder literair historisch perspectief geplaatst. De hoofdpersonages in deze romans zijn alle drie eigenzinnige vrouwen en daar waren er meer van in die tijd, het zijn alle drie naturalistische romans (of toch ook niet helemaal naturalistisch?) en de drie romans zijn geschreven in een tijd waarin de maatschappelijke positie van vrouwen langzaam maar zeker veranderde. In dit tweede deel van ons artikel gaan wij wat dieper in op de vragen die bij ons boven kwamen bij het lezen van ‘onze’ romans.

 Vooraf was het ons idee om deze drie naturalistische romans met elkaar te gaan vergelijken, waar komt de literaire stroming het duidelijkst naar voren, waarin lijken ze op elkaar en waar verschillen ze toch duidelijk. Maar tijdens het lezen ontstonden er bij ons vooral veel vragen… vragen die belangrijker leken te zijn dan het vergelijken van de romans. Vragen ook die wellicht bij meer lezers gesteld zijn tijdens het lezen van deze boeken over eigenzinnige negentiende-eeuwse vrouwen. Wij hebben niet altijd passende antwoorden gevonden maar eerder stof om over te discussiëren, iets wat minstens zo interessant is. Daarom verwoordt Gigi onze vragen en proberen Cies en Hetty hier een reactie op te geven.

Voor wie nog niet bekend is met Thérèse, Effi of Lina, of wanneer het lang geleden is dat je ze gelezen hebt; hier kun je meer lezen over de drie eigenzinnige dames:
Een recensie van Cies over Thérèse Raquin
Een bespreking van Effi Briest op Hetty haar spot 'Ketting van mooie woorden'
Een recensie van Cies over Juffrouw Lina.

We nodigen jullie bij deze graag uit om met ons mee te discussiëren, ook als je niet bekend bent met deze drie romans! Wat denken jullie, tijdsgeest of stroming, kenmerkend of toevallig? Wij horen het graag.

00128a5d1e4e00a281f1817786fdeec7.jpg

Sterk maar hysterisch

De vrouwen uit onze drie romans, maar eigenlijk uit alle romans van de minichallenge worden enerzijds sterk afgeschilderd maar anderzijds zijn ze ook nogal hysterisch. Ze lijken zich af te zetten tegen een partner die hen beknot in het exploreren van de wereld, maar wanneer dat lijkt te lukken gaat het juist bergafwaarts.

Gigi: Is dit een typisch kenmerk voor het naturalisme of is het iets dat ik er in lees, omdat het past in de tijdsgeest?

Hetty: Het verschil tussen romantiek, realisme en naturalisme is dat romantische schrijvers vooral het idealistische, fantastische en bovennatuurlijke behandelden. De realistische schrijver had vooral aandacht voor de gewone mens, de arbeiders en boeren. De naturalist gaat nog een stap verder en stelt ook de prostituee of de (psychisch) zieke centraal. Regelmatig kiest de naturalist voor een verveeld, zwak, vaak ziek en somber personage omdat dit een boeiende ‘wetenschappelijke observatie’ oplevert en dat is de rol die de naturalistische schrijver aanneemt, die van observator.

Ik kwam al speurend naar informatie het volgende tegen:

‘Het blikveld van de letterkunde wordt bijzonder sterk verruimd: letterlijk alles kan onderwerp van literatuur worden. Maar er is ook de verholen angst die uit het beeld van en de visie op de werkelijkheid spreekt; in de perspectiefverruiming is meteen een verenging ingebouwd: het naturalisme heeft vooral, bijna uitsluitend zelfs, belangstelling voor de materieel en/of psychisch zwakken, voor de periferie van de maatschappij en van het verschijnsel mens.’ (bron)

 Cies: De tweede helft van de 19e eeuw is ook de periode waarin de psychiatrie opkomt. Hoogtepunt daarvan zijn de publicaties begin 20e eeuw van Freud. Frederik van Eeden was zelf psychiater en het hoofdpersonage in zijn roman Van de koele meren des doods (1900) Hedwig de Fontayne is ‘hysterisch’. In veel naturalistische romans komen dan ook vaak psychiatrische aandoeningen voor. En, kort door de bocht, negen van de tien keer zijn het vrouwen die aan die aandoeningen lijden. Al heeft in de romans van Emile Zola bijna iedereen (man en vrouw) wel in meer of mindere mate ‘last’ van onderdrukte (erotische) gevoelens of heeft andere al dan niet aangeboren psychische klachten.

Het schrijven over psychiatrische aandoeningen hoort dan ook bij de tijdsgeest van de tweede helft van de 19e eeuw.

* Zijn er eigenlijk wel (goede) romans in die periode geschreven waarin de enige persoon die ‘hysterisch’ is, een man is? Kan iemand een titel noemen?

491fe10016c3cf7d4d567724b0512a36.jpg

Geen blad voor de mond

We gaven al eerder aan dat Emile Zola bij het schrijven van Thérèse Raquin geen blad voor de mond neemt als het gaat om het beschrijven van de liefde. Natuurlijk is dit iets wat tegenwoordig ook gedaan wordt, maar in die tijd was het nogal bijzonder. Het was in ieder geval wel iets waardoor de roman toen hij verscheen nogal onder vuur lag, en ook over de heftige gevoelens van de hoofdpersonages richting de andere personages.

Gigi: Is het op deze expliciete manier beschrijven van de liefde een (typisch) kenmerk van het naturalisme?

Cies: Gaat het eigenlijk wel om (het beschrijven van) de liefde? Of beschrijft Zola in Thérèse Raquin de ‘vleselijke lusten’? Volgens mij doet Zola het laatste. In veel naturalistische romans gaat het niet om het beschrijven van de liefde, maar om het beschrijven van onze lusten, onze oerdriften. Zola noemt heel toepasselijk een van zijn romans Het beest in de mens. In Een Liefde van Lodewijk Van Deyssel uit 1887, staat de vraag centraal wat en waar het verschil ligt tussen echtelijke liefde/trouw en vleselijke lusten.

Ook In Thérèse Raquin gaat het om de echtelijke trouw versus vleselijke lusten. In het begin van haar affaire is de lust nog heel erg groot, wanneer ze is hertrouwd neemt de lust af en wordt langzamerhand duidelijk dat er van liefde nooit sprake is geweest. 

Hetty: In een artikel van de Volkskrant kwam ik nog een deterministische verklaring, en dus een voor het naturalisme kenmerkende verklaring, tegen voor die natuurlijke driften van Thérèse:

‘Door haar gemengde afkomst – een Franse kapitein als vader en een Algerijnse als moeder – stroomt er Afrikaans bloed door haar aderen. Daar heb je het al.’

En over de gebeurtenissen ten tijde van het tweede huwelijk wordt de volgende verklaring gegeven:

‘Ze zijn prikkelbaar, agressief en ten prooi aan redeloze angst en paniek. Nu zouden we zeggen: ze hebben een posttraumatische stressstoornis.’

66095dd901bae9abaa18d0c773317907.jpg

Onderdanige Effi

Gigi: Bij het lezen van Effi Briest was ik nogal onthutst over het feit dat de sprankelende, jonge Effi zo snel overstag ging toen er iemand haar ten huwelijk vroeg. En ik dacht tijdens het lezen nog wel vaker ‘Wat is ze onderdanig!’ Het huwelijk was duidelijk gedoemd te mislukken. Maar zijn dit nu onderwerpen passend bij het naturalisme? En hoe moet je die onderdanigheid nu plaatsen tegenover de eigenzinnigheid die de negentiende-eeuwse vrouwen kenmerkt?

Hetty: Is het niet zo dat dat onderdanige vooral in het eerste deel van het boek voorkomt? Dat dit vooral voortkomt uit haar naïviteit? Later groeit ze in haar ontwikkeling en ontdekt ze wat ze mist in haar huwelijk. Ze komt erachter dat er andere mannen zijn die haar op een prettigere manier behandelen en haar serieus nemen, niet zien als een kind dat opgevoed moet worden. Ze zoekt toenadering tot met name één van deze mannen, gaat haar eigen weg… en ja dan gaat het mis.

Cies: Effi Briest is van ‘onze’ drie romans het beste voorbeeld van langzaam veranderende maatschappelijke opvattingen over de (zelfstandige) positie van de vrouw. Als (jonge) dochter doet Effi wat haar ouders van haar verlangen, ze gedraagt zich zoals het hoort en trouwt met een door haar ouders gekozen ‘goede partij’. In het begin is Effi dan ook trots op zichzelf, omdat ze een goede (= volgzame) dochter is. In de loop van de tijd veranderen Effi’s opvattingen over hoe het zou moeten gaan en wat het juiste gedrag is, met alle gevolgen van dien.

3ace23bfc06d2c24dccf0be60f8a1be0.jpg

De niet natuurlijke dood

Gigi: In deze drie romans, en ook in andere romans uit de minichallenge komt een niet natuurlijke dood voor, denk aan een duel of zelfmoord. Hoe moeten we dat plaatsen, is dat nu kenmerkend voor de stroming of is het vooral passend in de tijd?

Cies: Het past volgens mij in de literaire tijd. Zelfdoding en andere vormen van onnatuurlijke dood kom je in die periode niet alleen tegen in naturalistische romans. Het was ook een historische periode waarin de dood nooit ver weg was, allerlei dodelijke ziekten (cholera), dodelijke ongevallen in industrie (zie Zola’s De Mijn) die bijna iedereen kan overkomen. Tegenwoordig is de dood of massaal en ver weg in natuurrampen en oorlogsgebieden óf is de dood heel intiem en persoonlijk geworden.

In de 19e eeuw veranderde maatschappelijk gezien de zeggenschap over het eigen lichaam/eigen leven. Tot in de 19e eeuw was het eigen lichaam en besluiten daarover in handen van God (en af en toe een arts), met de verbeterde medische wetenschap en begin van secularisatie en toenemende ‘vrijzinnigheid’ wordt de zeggenschap van God/Kerk minder en neemt de eigen zeggenschap over het eigen lichaam en de eigen geest toe. De aandacht voor zelfdoding etc. is volgens mij dan ook veelmeer passend bij de tijd, dan typisch iets voor het naturalisme. 

Hetty: online heb ik nog het volgende gevonden:

‘Hun werkelijkheidservaring is geen blijde, verrukte en verrukkelijke ontdekkingstocht, maar een onzekere dooltocht door een onthutsende kakofonie, een soms angstaanjagende wildernis, een hallucinante nachtmerrie. De mens lijkt ieder houvast verloren te hebben, zoekt vruchteloos naar een (zijn) plaats in dit kakofonisch bestel waarin elke vaste richting lijkt te ontbreken. Ersatz en tijdelijk soelaas bieden agressie, seks, egoïsme; hij eindigt in lusteloosheid, ontgoochelde en verlammende berusting, geestesverwarring, ziekte, waanzin, misdaad, dood (vergelijk de opvallend vele (zelf)moorden), of in - vooralsnog vruchteloze - sociale strijd om een beter bestaan. Mens noch auteur lijken erin te kunnen slagen de werkelijkheid te doorgronden, te ordenen en (dus) te beheersen. (bron)

b12b33a655f0fd02ab2e9d2493622b40.jpg

Sociale klasse

Gigi: Bij twee van de romans viel het op dat er sprake was van een lagere komaf, ze waren niet rijk maar toch ook weer niet straatarm. Past deze setting bij het naturalisme?

Cies: Thérèse en Lina zijn geen dames uit de hogere kringen van de samenleving. Ook in andere romans van de minichallenge zijn de vrouwen niet altijd afkomstig uit de hogere kringen Het schrijven van romans die zich voor een groot deel in de lagere sociale lagen van de samenleving afspelen is een vaak terugkerend kenmerk in het naturalisme. Zo heb ik nog geen roman van Zola gelezen die alleen maar in de hogere kringen afspeelt.

Naast de emancipatie van de vrouw is een terugkerend element in onze romans (en in de anderen van de minichallenge) de persoonlijke contacten tussen de verschillende klassen;  een ander heikel thema in de jaren waar deze romans zijn geschreven. De volgens velen, in die jaren, door God gegeven en daarom in stand te houden standenmaatschappij waarin zowel rijkdom als armoede God gegeven waren, kwam in de jaren stevig ter discussie te staan en dat vinden we dan ook (indirect) terug in onze drie romans. Zo raakt Lina zwanger door een ‘heer van stand’ en zit haar dochter in een, voor die tijd toch, onmogelijke relatie met een man van een hogere stand. Bij de emancipatie van de arbeidersklasse kunne we (bijna) dezelfde vragen stellen als bij de emancipatie van de vrouw in die periode. Zijn deze romans waarschuwing en/of aanmoediging/aankondiging voor een nieuwe tijd, waarin stand verschillen er minder of niet meer toe doen?

87c420c29cba52b8cd70df2881211389.jpg

Zonder opsmuk

Gigi: Het is duidelijk dat de verhalen van deze boeken zonder veel opsmuk verteld werden, is dat nu iets wat tot het naturalisme behoort of is het ook een kenmerk van het realisme?

Cies: Dit is zeer zeker een van DE kenmerken van het naturalisme. Bij Zola en andere naturalisten was het juist de bedoeling om het leven niet mooier of lelijker dan dat het is te beschrijven en de feiten voor zich te laten spreken. Geen expliciete morele boodschappen over wat goed en fout is, maar zo neutraal en objectief als mogelijk beschrijven wat er gebeurt. Daarom vaak de keuze om romans en verhalen niet in de hoogste milieus van de samenleving te laten afspelen, maar ook in arbeidersmilieus.

Bij het schrijven van dit artikel kwamen bij ons (Hetty, Gigi, Cies) steeds nieuwe vragen en nieuwe antwoorden naar boven. Een derde, en ook nog een vierde, deel van dit artikel schrijven zou geen enkel probleem zijn geweest. Dan nog zouden we niet volledig zijn geweest. Stel gerust hieronder dan ook je vragen en/of geef je antwoord op de vragen die wij onszelf hebben gesteld. 



Reacties op: Eigenzinnige vrouwen in de 19e eeuw Deel 2 - Effi, Thérèse en Lina

Meer informatie

Gerelateerd

Over

Theodor Fontane

Theodor Fontane

Theodor Fontane (1819-1898) is beroemd geworden door romans als Irrungen Wirrung...

Marcellus Emants

Marcellus Emants

Marcellus Emants (Voorburg, 12 augustus 1848 – Baden (Zwitserland), 14 oktober 1...