Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

“Je moet de pijn voelen, dan weet je dat je nog leeft”

op 18 juli 2018 door

In 2017 kreeg In het Museum van Joost van Driel (1976) enorm veel aandacht. Het boek won bij de Zeeuwse Boekenprijs 2017 een Accolade voor het beste debuut en stond op de longlist van de ANV-Debutantenprijs 2018. Een jaar na zijn debuutroman verscheen Jaren van de tijger, een totaal ander boek waarbij de vechtsport, die de auteur overigens ook zelf beoefent, centraal staat. Was het in zijn debuutroman de zesjarige David die geobsedeerd is door dinosauriërs, in Jaren van de tijger is de jonge onderzoeker Patrick in de ban van de vechtsport en is hij op zoek naar een nieuw perspectief. In beide romans maakt de lezer kennis met een magische wereld, die van de dinosauriërs en die van de vechtsport. Er zijn nog veel meer parallellen tussen beide boeken. Denk aan het dubbelleven dat de vader van David leidt en het ‘huisje-boompje-gezinnetje’-leven dat Patrick eigenlijk wil ontvluchten. De liefde tussen vader en zoon in In het Museum en de vriendschap tussen Steve, Ines en Patrick in Jaren van de tijger. In de eerste roman, die zo prachtig aansluit bij de fantasiewereld van een kind, verdwijnt David op een bijzondere wijze. Hetzelfde is in Jaren van de tijger aan de hand. Het laat de lezer wat confuus achter. De kracht van zo’n niet gedefinieerd einde is dat het de verbeelding van de lezer aan het werk zet.

Op de achterflap van Jaren van de tijger staat het volgende te lezen. Patrick, een jonge onderzoeker aan de universiteit, wordt op straat in elkaar geslagen. Studente Ines schiet hem te hulp en brengt hem in contact met een geheimzinnige Chinese vechtkunst. Hij krijgt les van de charismatische il dottore en sluit vriendschap met Steve. Met overgave duikt Patrick in de betoverende wereld vol geweld en levenslust. Maar zijn liefde voor Ines en de eisen van il dottore zetten de vriendschap met Steve onder druk. Patrick zal ingrijpende keuzes moeten maken voordat zijn vrienden hem definitief ontglippen. Jaren van de tijger vertelt het verhaal van de vriendschap tussen drie jonge mensen en hun verlangen naar een ander leven. Een roman over de magie van geweld en de kracht van liefde.

Jaren van de tijger stond centraal in een leesclub op Hebban, er verscheen een interview met Joost van Driel in de Literatuurclub en in de pers verschenen positieve recensies over het boek. Uitgeverij Vrijdag stelde vijf exemplaren van het boek beschikbaar aan de Literatuurclub. De boeken kwamen terecht bij onze vrienden, in dit geval vriendinnen, van de Literatuurclub. Er was wel een opdracht verbonden aan het winnen van het boek: een korte tekst schrijven of vier vragen over het boek beantwoorden. Joke Zwier, Marianne Cramer, Annet Bathoorn, Hilde Houbrechts en Maartje Verheijden pikten de opdracht serieus op, dachten diep na en gaven gefundeerd commentaar. Echte vrienden van de Literatuurclub dus. Het navolgende is een compilatie van hun leeservaringen, hun commentaar.

1098267_150957118444499_2085078320_n.jpg picture?type=large&width=200&height=200 IMG_0341.JPG IMG_0055%282%29.jpg Foto%20Maartje.JPG  

Marianne                            Joke                                     Hilde                                 Annet                                     Maartje

Wie is toch die tijger?

Maartje: “Je moet de pijn voelen, dan weet je dat je nog leeft.” Joost van Driel windt er geen doekjes om en vertelt je meteen waar het boek over gaat. De zin wordt uitgesproken door Ines. Hoofdpersoon Patrick, promovendus aan de universiteit Leiden op het onderwerp ‘De Middeleeuwse dodendans’, is aangevallen door dronken mannen op straat. Voorbijgangster Ines weet hem te redden met haar skills in de Chinese vechtkunst. Patrick is geïntrigeerd. Zijn leven – zijn onderzoek, zijn relatie met de doodsaaie promovenda Femke – voelt als een doodlopend spoor. De aanmoediging van Ines om dit tij te keren en zich aan de Chinese vechtkunst te wijden, grijpt Patrick met meer dan een gezond enthousiasme aan. Patrick raakt verstrikt in zijn eigen dodendans, een gevecht met het ontlopen van zijn doodse leven. Als hij pijn voelt tijdens zijn intense trainingen met Ines en de Ierse Steve bij vechtschool Shenqu, voelt hij weer dat hij leeft. Op een dwangmatige wijze verwaarloost hij zijn leven en stort hij zich op zijn vriendschap met de vreemde Ines en de agressieve Steve. Zolang hij maar pijn voelt, dan weet hij dat hij nog leeft.”

70dc0b91f347e43506554f740b6bd33d.jpg

Ines, Patrick en Steve vormen een drie-eenheid waarbij zij verbeeld worden door dieren. Ines is de kraanvogel, Patrick de tijger en Steve de panter. Annet heeft wat moeite om een en ander te doorgronden: “Zoals ik Patrick heb leren kennen, zou hij juist ver weg moeten blijven van figuren als Steve en Ines. Ook Maartje ziet de verbinding met de drie dieren niet. “Een tijger zou onstuimig, soepel en genadeloos zijn, maar die omschrijving heeft niets van doen met Patrick. De sierlijkheid van de kraanvogel gecombineerd met Ines zie ik niet. Wat is het verschil tussen een panter en een tijger?” Joke vindt Patrick een echte tijger. “In het begin nam hij een afwachtende houding aan en gaandeweg gaat hij de uitdaging aan en gaat ervoor. Een tijger wacht ook af en kiest rustig het juiste moment en is iets minder temperamentvol dan een panter. Een panter sluipt naderbij en slaat toe. Dat past bij Steve. Ines staat voor de kraanvogel: gracieus, maar supersnel bij een aanval.” Marianne is het hier wel mee eens. “In het begin van het boek is hij wat afwachtend, maar als hij meer zelfvertrouwen krijgt en beter leert vechten, houdt hij ook niet op. Uit de beschrijving op de eerste bladzijden van het boek kun je al lezen dat Ines meedogenloos is als ze aanvalt, ze weet precies hoe zij iemand moet uitschakelen. Steve heeft ook de rusteloosheid van de panter.” Hilde: “Ik denk dat de dieren goed gekozen zijn. Zowel panter als tijger, Steve en Patrick, zijn roofdieren. Ze moeten het hebben van hun kracht, hun energie, hun doorzettingsvermogen, hun beheersing en geduld. Het zijn allebei ook solitair levende dieren. Steve is de wat geheimzinnige panter en Patrick de ietwat eenzelvige tijger. Ze jagen allebei op de mooie kraanvogel die ongrijpbaar is.
Het zijn ook alle drie dieren met nogal wat spirituele en symbolische lading in de Oosterse culturen, die ook aan de wieg stonden van de vechtsport. Zo is de kraanvogel in veel culturen een geluksbrenger. Misschien kan je zo ook de komst van Ines in het leven van Patrick bekijken. Ze schiet hem niet alleen te hulp wanneer hij op straat in elkaar geslagen wordt maar helpt hem ook om uit te vinden wat zijn passie is, wat echt leven is. En eigenlijk kan je ook de ontmoeting met Steve in dat licht interpreteren. De panter staat voor de kracht van verandering, voor transformatie. Ook de Griekse god Dionysos wordt vaak afgebeeld met een panter. Dionysos is de god van het leven, de levenslust, de passie, de wedergeboorte.”


  

35e1c4e4194efc863c226b9000e2ccbe.pngDe rol van de Dodendans in het boek.

De dodendans is het onderwerp van het promotieonderzoek van Patrick. Dat laat hij los om zich helemaal op de vechtsport te richten. Ook laat hij Femke los, noodzakelijk om zijn eigen weg te zoeken en zijn leven te leiden zoals hij denkt dat het goed is. (Marianne). Hilde noemt de dodendans een viering van het leven, ‘een symbolische uiting van verlangen naar het eeuwige leven, juist door dat leven te vieren’. "De dodendans is een ritueel, een allegorie, een religieuze weergave van de vergankelijkheid. Het is een dans die de menselijke agressie, de wreedheid van het lot, van een eschatologisch kader wil voorzien." Ik denk dat Van Driel in de vechtsport het equivalent ziet van die middeleeuwse dodendans. Vechten is ‘dansen’, een opeenvolging van bewegingen en technieken in een bepaalde volgorde uit te voeren. Dansen is een ritueel. En dansen is vrij zijn, echt leven.” Joke: “Met de dans macabre die Steve, Ines en Patrick uitvoeren, krijgen hun levens een aparte wending. Het drietal trekt elkaar aan, stoot elkaar af.”

Open einde

Door het open einde wordt de verbeelding van de lezer aan het werk gezet. Hoe denken onze vriendinnen over dat open einde?

Maartje is niet zo positief. Ze vindt dat de personages niet goed uit de verf komen. “Het open einde geeft de lezer geen boodschap mee. Heeft de auteur zijn lezer geen ander verhaal willen vertellen dan van een worstelende Patrick? Voor mij blijft het een kabbelend verhaal over drie vreemde twintigers zonder dat het boek echt pakt.” Annet vindt het einde teleurstellend en heeft het over een ‘fade-away’-effect. “Ineens is er niets meer: vriendschap weg, vechtsport weg, fascinatie weg. Waarschijnlijk gaat alles op de oude voet verder: Patrick promoveert en blijft bij Femke en jaren later vertelt Patrick zijn kinderen over de rare periode in zijn leven en zijn kinderen geloven hem niet.” Joke denkt dat Patrick zijn leven zal voortzetten met Ines. Hilde zegt: “De deur staat aan het einde van het boek open. Alles is mogelijk. Net zoals in het echte leven. Ze zou graag zien dat Patrick vertrekt naar India of andere plaatsen waar hij van droomt en daarvan leert. Uiteindelijk komt hij terug om de vechtschool van il dottore nieuw leven in te blazen.

Marianne houdt van boeken met een open einde en heeft haar verbeelding echt aan het werk gezet en stof genoeg voor een vervolg op Jaren van de tijger. “Steve is bij het vreemdelingenlegioen. Door zijn kracht en scherpzinnigheid krijgt hij daar een hoge functie. Het is helemaal het leven dat bij hem past. Helaas maakt het hem overmoedig, hij denkt dat hij niet te verslaan is. Tot hij daardoor een keer onvoorzichtig is en op een bermbom stapt. Einde Steve.

Ines begint haar leven als moeder steeds leuker te vinden, het vechten heeft zij achter zich gelaten. Zij pakt haar studie weer op en vindt een baan. Jammer dat zij niet aan de woorden van il dottore "Wat niet meer beweegt zal sterven" denkt. Haar leven wordt steeds meer gezapig en doorsnee.

Patrick loopt de deur uit, gaat over de wereld zwerven. Omdat hij zijn weg niet goed kan vinden, geen doel meer heeft, raakt hij aan lager wal.

En dan zijn er twee mogelijkheden:

1. Bij een ruzie doodt hij iemand, wordt opgepakt en wordt tot een levenslange gevangenisstraf veroordeeld. Ook in de gevangenis kan hij zijn agressie niet de baas en hij eindigt in eenzame opsluiting.

2. In de daklozenopvang komt hij tot bezinning. Hij laat zich behandelen voor zijn agressie en verslaving aan drank. Zo krijgt hij zijn leven toch weer op de rails en gaat bij een sportschool werken om jongeren te helpen hun leven richting te geven.”

 412df443e55216e2a77ef333da6cab0d.jpg

Conclusie

 

De reacties op het boek lopen uiteen.  Marianne werd aangesproken door mooie zinnen als “Je moet de pijn voelen, dan weet je dat je nog leeft.” Dit is een thema dat door heel het boek loopt: pijn na een gevecht, maar het besef dat je er sterker door wordt. Patrick “zit voor het eerst in zijn lichaam en niet in zijn hoofd. Hij leefde vroeger heel erg in zijn hoofd en dacht over alles oeverloos na,” aldus Hilde. Deze zin pikte Hilde er uit: “Ik was geen tijger en zou nooit een tijger worden, ik maakte me belachelijk zoals ik daar stond te prutsen. Totdat ik het voelde. De tijger in mij. De kracht.”

Joke heeft genoten van het boek en gaat het zeker nog voor een tweede keer lezen. “Er zit zoveel wijsheid in dit boek, maar je moet het wel kunnen zien.” Annet vindt het een verhaal over vriendschap, het verlangen vrij te zijn en een leven te leiden zonder verplichtingen. “Het wordt prachtig verteld en het lees vlot, maar er zijn op het eind nog teveel vragen en onduidelijkheden.” Maartje heeft al eerder aangegeven de uitwerking van de personages niet zo geslaagd te vinden, maar ze roemt de vlotte schrijfstijl en de opbouw, de erg mooie zinnen en beeldende taal. Er is veel dialoog en de hoofdstukken zijn kort. Het verhaal is prettig leesbaar. "Het leukst zijn de easter eggs (verborgen boodschappen) die Joost van Driel in het boek heeft gestopt. Bijvoorbeeld de Ierse kroeg waar Patrick echt zichzelf lijkt te verliezen heeft de naam 'The Great Escape.'"

 

Tekst artikel: Joke Zwier, Marianne Cramer, Annet Bathoorn, Hilde Houbrechts en Maartje Verheijden, Jan Stoel

Banner: Anne Oerlemans 

 



Reacties op: “Je moet de pijn voelen, dan weet je dat je nog leeft”

Meer informatie

Gerelateerd