Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Kees Uittenhout: "Kaf is geen oproep tot verandering. Het is een oproep tot erbarmen."

op 07 augustus 2019 door

6541800dc98695dd41eab8e660cab1ae.jpgKaf is de vierde historische roman van Kees Uittenhout (1951). Zijn romans zijn ‘kleppers’, dikke romans. Uittenhout schreef zijn eerste roman in 2012. In zijn boeken gaat het altijd om het leven van de kleine mens in relatie tot de grote geschiedenis. Van huis uit is hij grafisch ontwerper. Samen met zijn echtgenote richtte hij in 1985 het ontwerpbureau ‘Uittenhout Concept & Creation’ op. Zijn bekendste werk is het ontwerp van het logo van de Efteling en het mede-ontwerp van de mascotte Pardoes. In 2010 verkoopt hij zijn studio en gaat hij schrijven. In 2015 krijgt hij de ‘Brave New Books-prijs’ voor zijn boek Gunners Woede, een boek over de verbanning van Engelse misdadigers naar Australië. Overigens komt dat thema ook terug in zijn nieuwste boek Kaf, dat speelt tijdens de industriële revolutie in Engeland en de dramatische sociale omstandigheden die er het gevolg van waren voor de arbeiders.

Waar gaat Kaf over?

Noël Crux, eens topreporter van de ‘Herald’, raakt door drugs en ouderdom zijn bevoorrechte positie kwijt en wordt door de redactie naar het Engelse platteland gestuurd om wekelijks een artikeltje van tweehonderd woorden aan te leveren van het niveau ‘koe-valt-in-sloot’. Totdat hij in het dorp waar hij is neergestreken een verhaal op het spoor komt dat een uitgelezen kans biedt om weer op de voorpagina van zijn krant te prijken.

Het is het verhaal van Bern Roffels, de man die aan het begin van de industriële revolutie onder de rebellennaam ‘Kapitein Swing’ vecht tegen de stoomdorsmachine, maar eigenlijk tegen windmolens. Bern wordt van een luizige, door velen verachte zoon van een plaggenhutbewoner de meest bejaagde en belaagde man van het land. Het is niet Bern die het brullend monster van de opstand loslaat, het is de tijd. De rebellie van Bern speelde zich af op het landgoed Hatton-Cromwell maar had zich overal af kunnen spelen én speelde zich ook daadwerkelijk overal af. Het gaat om de strijd tegen de stoommachines die duizenden landarbeiders in één klap tot werkeloosheid en armoede veroordeelden.

Van ontwerper tot schrijver. Waarom die stap? Heb je altijd geschreven?

Ik heb inderdaad mijn hele leven geschreven, maar nooit de behoefte gevoeld het ter publicatie aan een uitgever te sturen. Als twaalfjarig priesterstudentje schreef ik na school en kerk al mijn eerste boek op de herderlijke Olivetti in de lerarenkamer. Pas onlangs heb ik het manuscript met een vertederende glimlach versnipperd. Bij mijn eindexamen van de Kunstacademie Sint Joost in Breda, kreeg ik een speciale aantekening voor ‘copywriting’, wat een grafische term is voor ‘tekst’. In de jaren dat ik mijn studio had, was ik steeds verantwoordelijk voor ‘copy’. Mijn bedrijf was een succes en er was weinig tijd voor creatieve uitingen anders dan commerciële. Maar ik wist dat ik, na de beëindiging van mijn bedrijf, novellist zou worden.

 

Je hebt vier historische romans geschreven. Waarom kies je voor dit genre?

Twee, drie en vier komen van één. Eén komt door een vriendin van mij, Odet Sleeswijk. Zij heeft een Curaçaose moeder en een Surinaamse vader. Ikzelf ben van blondharig en blauwogig Hollandse komaf. In onze gesprekken fantaseerden wij dat het in theorie mogelijk kón zijn, dat een voorvader van mij driehonderd jaar geleden een voorvader of moeder van haar op een stinkend en overvol geladen schip de Atlantische Oceaan over gesleept had. Toen realiseerden we ons dat zowel zij als ik over de slavernij en de Transatlantische Slavenhandel weliswaar wisten dat het gebeurd was en dat Nederland daarin een leidende rol speelde, maar kennis over hoe en wat precies, ontbrak ons. Dat kwam mede doordat onze vaderlandse geschiedenisboeken daar nauwelijks meer dan een enkele alinea aandacht aan besteedden en zij in Suriname en de Antillen dezelfde leerboeken hanteerden als wij. We besloten te gaan studeren en alles te gaan lezen wat we over de rol van Nederland in de slavernij in de West te weten konden komen. Die studie inspireerde ons tot Gouden Handel, een roman van drie in elkaar grijpende verhalen die gezamenlijk een totaalbeeld opleveren van het Nederlands slavernijverleden wat via Odet ook voeling kreeg met de geschiedenis van de Afrikanen en hun nazaten in de slavernij. Het schrijven van Gouden Handel leerde mij het genoegen van jezelf onderdompelen in een andere tijd, op andere plekken, je inleven in de levens van anderen, voelen wat zij voelden, ruiken wat zij roken. Ik besloot dat dit mijn genre zou worden. Gunners Woede over de deportatie van Engelse misdadigers naar Australië (toen nog ’Nieuw Holland’) ontstond na een reis door dat continent. Vaders, zonen & broers kwam voort uit de studie naar het vorige boek waarbij ik stuitte op de historische Britse figuur Cecil Rhodes. Zijn megalomane, racistische ideeën leken welhaast een blauwdruk voor het nazisme van Hitler en het leek me een uitdaging een geloofwaardige link tussen die twee te schrijven in de vorm van een van vader op zoon overgeleverde opdracht van Rhodes.

 

Kaf is een historische roman. Hoe ben je bij het onderwerp ‘de revolte tegen de stoomdorsmachine’ terechtgekomen?

Tijdens mijn research voor Gunners Woede stuitte ik op de deplorabele situatie van Londen in 1810. Mijn hoofdpersoon komt terecht in een van vuil en ratten vergeven getto vol door en door smerig volk, opeengepakt in woonblokken zonder licht, waar gevochten wordt om het weinige werk en mannen, permanent bezopen van de goedkope gin, in de stegen hangen. Ik wilde later nog een verhaal wijden aan het ‘waarom’ van die massa-urbanisatie. De industriële revolutie met zijn stoommachine van James Watt bleek de sterkste aanjager te zijn geweest voor de trek naar de stad. Want daar waren de fabrieken met het werk dat op het platteland verviel door de introductie van de stoomdorsmachine.

5a0a22b1ccff776b0f603f37e007cfbf.jpg

 

 

Een historische roman kun je niet schrijven zonder research gedaan te hebben. Kun je over dat onderzoek wat vertellen? Wat me interesseert is wat waar is en wat niet. Zijn er bijvoorbeeld meer van dit soort opstanden geweest in Engeland?

Lezen, lezen, lezen. Archieven doorpluizen, bibliotheken afstruinen, internet navlooien. Het verhaal is vrij, ik voel daarbij geen enkele remming: jaartallen zal ik niet snel noemen, machthebbers hebben zelden een naam, maar de feiten moeten kloppen. Alle gebieden die ik beschrijf heb ik persoonlijk bezocht al was het maar om de sfeer, de kleur, de ochtenden en de avonden, de warmte en de kou, de vergezichten en de zandkorrels. Ik weet ondertussen dat feiten interpretabel zijn. Van de meeste feiten bestaan net zulke harde tegenfeiten. Het begrip ‘alternative facts’ is van alle tijden. Proefschriften zijn daarom mijn favoriete studielectuur en in de loop van de tijd zijn over allerlei onderwerpen proefschriften geschreven. Wanneer twee proefschriften met dezelfde ‘facts’ komen, zijn ze wat mij betreft waar. Over ’Kapitein Swing’ doen tientallen verhalen de ronde. Hij is waarschijnlijk een mythe, een verpersoonlijking van de strijd tegen die vermaledijde oogstmachines, een naam om onder een dreigbrief te zetten met een bloedend mes erbij. Zelfs over zijn arrestatie doen diverse verhalen de ronde, waarschijnlijker is dat hij nooit gepakt is. Want hoe arresteer je een mythe? Hoe stel je je op tegen een rebel die toeslaat in oost en west en noord en zuid en overal tegelijk? Dat bood mij de vrijheid hem tot leven en ter dood te brengen zoals ik het wilde. De opstand tegen de stoommachine liep exact zoals ik het heb beschreven, de omstandigheden zijn naar waarheid opgetekend, er zijn ‘swing-letters’ bewaard gebleven, de aanvallen op de pachters zijn precies zo uitgevoerd, al is elke individuele aanslag in Kaf uit mijn fantasie ontstaan.

In Kaf ontstaat de rebellie tegen de tolpoorten vanwege de verkrachting van Katie onder de naam ‘Rebecca’ bij toeval, maar die opstand is gebaseerd op waarheid, al smokkel ik een paar jaar. De rebellen van ‘Rebecca’ hulden zich inderdaad in vrouwenkleren, maakten hun gezicht effectief onherkenbaar zwart en sloegen tolpoorten en tolbeambten kort en klein. En ook zij waren weer geïnspireerd door Generaal Ludd, wiens volgelingen zich ‘Luddieten’ noemden die eveneens met zwartgemaakte gezichten mechanische weefgetouwen te lijf gingen en gebouwen in brand staken. En is de opstand van de gele hesjes in Frankrijk niet een uiting van datzelfde gevoel van onmacht van de kleine man die vermorzeld wordt tussen de kaken van de macht en het geld?

 

Van die historische feiten moet je vervolgens een transfer maken naar een geloofwaardige roman. Hoe ben je daarin te werk gegaan?

De historische feiten vormen vanzelfsprekend het framewerk van het boek. Strikt, exact, saai, feitelijk. Een groot vel vol data, personen, gebeurtenissen, theses, onderliggende gedachten en ontwikkelingen, grootste gemene veelvouden en kleinste gemene delers waar ik rekening mee moet houden. Tussen die data ontstaan dan als vanzelf de spaties en witruimtes die door mijn verhaal in te kleuren zijn. Wanneer ik daarna de opgedane feiten weer zo veel mogelijk weg gom, blijft het verhaal over.

 

Je roman is ruim vijfhonderd pagina’s dik? Moeite met schrappen of was het nodig?

Het hedendaagse adagium ‘schrijven is schrappen’ ten einde een ‘naakt’ verhaal over te houden, is inderdaad aan mij niet heel erg besteed. Ik heb een beeld voor ogen, een landschap, een mens, een dier, een straat. Dat beeld bepaalt mijn boek. Ik wil er daarom alles aan doen om de lezer te laten zien wat ik zie, laten voelen wat ik voel, de heerlijke geuren en de smerigste stank, ik wil hem aan de hand meevoeren door het land dat ik geschapen heb en hem niet meer loslaten tot de laatste pagina.

(Foto's onder: stoomdorsmachines)


b1389194d7a35254bfaee1035452b595.jpg

Kaf is de titel van het boek. Als tijdens het dorsen met de dorsvlegel de korrels uit de aren worden losgeslagen, wordt het kaf als het ware weggeblazen. Letterlijk zou Kaf dus gaan over de strijd tegen het machinale dorsen. Maar er is nog een diepere betekenis: het kaf van het koren scheiden. Bern Roffels en zijn kompanen werden als het kaf gezien en moesten weggeblazen worden. Maar zijn zij niet het echte ‘koren’? 

Ik zou het zelf niet beter hebben kunnen verwoorden.

 

Opdracht van het boek. Kun je die opdracht toelichten?

IJzer trekt mannen aan

Omdat zijn kracht van God komt

Was God dan in de guillotines?

Hij was in de ijzeren engelen

Men gaat er in het algemeen van uit dat de stoommachine van Watt dé aanjager was van de industriële revolutie. Maar er was een eerdere gebeurtenis: de fabricage van staal. Tot dan toe was (smeed)(giet)ijzer al 4000 jaar hét materiaal voor allerlei ‘eeuwig durende’ toepassingen, maar het materiaal was bros en ‘oxideus’. Pas toen via het Bessemerprocedé het koolstofgehalte van ijzer in hoogovens dusdanig omlaag kon worden gebracht dat het ‘staal’ werd en te walsen bleek, brak een gouden tijd aan voor de grootindustrie en ontstond de behoefte aan een mechanische aandrijving van staalwalserijen met stoommachines. Het was niet voor niets dat Bolton, die in die tijd al stinkend rijk was geworden met, jawel, staal, in Kaf degene is die Watt inspireert tot het aanpassen van de stoommachine van Newcomen die samen met staal de Industriële Revolutie aanvuurt. Maar de basis is ijzer. Door de millennia heen heeft men daarom ijzer beschouwd als een geschenk van God aan de mens, zelfs als hij er wapens, hekken of guillotinemessen van maakte. Waar waren we geweest als God de mens niet het ijzer maar het staal cadeau had gedaan… Het anonieme broddelversje in een grappig metrum dat ik ergens vond, een liedtekstje wellicht, vond ik daar prachtig bij passen.

 

Ik kwam mooie historische dingen tegen zoals de schapenrassen Herdwicks en Swaledales, het maken van lijm, Burrowwater (een soort van ontsmettingsmiddel) en de Luddites (de beweging die zich verzette tegen industriële en technologische vooruitgang in de tijd waarin je boek speelt). Volgens mij allemaal items uit je historisch onderzoek. Hoe ga je te werk bij het vervlechten van dit soort elementen in je boek?

Wanneer ik bij mijn studie dit soort dingen tegenkom, realiseer ik me dat zij de blinkende puntjes vormen in de spiegel van de tijd waarin het boek speelt. In Kaf raakt iemand aan drugs verslaafd: de laudanum van toen is niet anders dan de heroïne van nu. De Tesla X van nu is de landauer in Kaf. In de compositie van het verhaal vormen dit soort felgekleurde details in fijne penseelstreekjes samen met de enscenering de kleuren van het schilderij.

(Foto links: aanplakbilhet met beloning voor het vinden van Kapitein Swing. Foto rechts: Swing-brief aan een pachter)

 11e78d2bfda3bd04080c1d7bd1b9e9ff.jpg8d973274855ba8fa28fbeae392157086.jpg

Er zijn twee verhaallijnen in je boek: de geschiedenis van Crux en die van de opstand tegen de stoommachines. Zat die structuur vanaf het begin al in je hoofd?

Het verhaal van Crux was in eerste instantie een detail in de compositie. Zijn rol werd per week groter, hij groeide zelfs uit tot verteller en ik-figuur. Zijn rol werd ook steeds valser en tegelijkertijd meelijwekkender. Heerlijk is het voor een schrijver om van zijn held een kloothommel te maken die aan het eind van het boek zijn verdiende loon krijgt maar juist op het moment van de totale demasqué toch weer medelijden opwekt. Het is voor mij als schrijver dan ook een plezier om me af te vragen welk beeld de lezer uiteindelijk overhoudt van Noël Crux. Misschien is dat beeld voor iedereen wel anders.

 

Ik heb genoten van de mooie natuur- en persoonsbeschrijvingen, zo raak. Je typeert personages op een mooie manier. Ik pak een paar voorbeelden:

  • Als Katie bang is: ‘Katie maakte zich klein terwijl haar hart klopte als van een konijn dat de kop van de fret in de opening van zijn hol zag opdoemen’
  • De troosteloosheid van de dorpelingen: ‘de lachrimpeltjes van de dorpers waren verstijfd door gebrek aan oefening’

Hoe bedenk je het?

Zoals veel schrijvers (neem ik aan) ben ik een taalfanaat. Ik verzamel taal zoals een ander postzegels verzamelt. Voor wie er voor open staat is het leven een idiomatische tuin waar je naar hartenlust prachtige bloemen vindt. Niet alleen in boeken, ook in films, op straat, in een winkel, in je hoofd, in je dromen, in gesprekken, in de natuur, tijdens wandelingen, van overal waait losgekomen taalschoonheid op je af, soms niet meer dan een vederlicht pluisje dat ik bewaar en bij gelegenheid laat uitgroeien tot een taalvondst.

 

Heb je ook iets willen zeggen over de journalistiek? Joël Crux, het hoofdpersonage in je boek, is niet voor niets journalist.

Ik zou niet durven zeggen dat alle journalisten manipulatief zijn, feiten naar hun hand zetten, uit zijn op persoonlijk ‘stardom’ ten koste van alles en iedereen, en vooropgezette meningen hebben, maar de pen is een machtig en zelfs dodelijk wapen (niet voor niets schakelen coupplegers allereerst de pers uit). Hou ze in de gaten, zou ik zeggen, die zogenaamde vertolkers van de meningen van anderen en de feiten zoals die zich aandienen.

 

Het boek lijkt te gaan over een opstand tegen dorsmachines, over armoede en onrecht in de jaren van de industriële revolutie. Maar het gaat over veel meer. Immers wij leren nooit van de geschiedenis. Dat maakt je tot een geëngageerd schrijver. Wat heb je met dit boek willen zeggen? Is het ook een waarschuwing, een aanklacht tegen wat we in onze samenleving zien?

Kaf gaat over twee zaken die ook nu nog elke dag spelen en waarschijnlijk altijd zullen blijven spelen. Allereerst is daar de trek naar de stad die in Kaf het gevolg blijkt van toepassing van verworvenheden van de industriële revolutie in de landbouw. Maar urbanisatie is van alle tijden inclusief de tegenwoordige tijd, met alle gruwelijke consequenties van dien: armoede, krottenwijken, ziektes, verslaving, geweld. Elke wereldstad kent zijn eigen versie van wat er in Kaf in Glasgow gebeurt. Er zijn altijd oorzaken aan te wijzen maar de voornaamste reden volgens mij is hoop. Dat het daar beter zal zijn, dat daar werk zal zijn, dat daar gezinnen te onderhouden zijn, dat daar, zoals de makelaar in stoffen het in Kaf zegt: ‘…het geld aan de bomen groeit’. Dat je om die reden bereid bent de gevaren van een overtocht in een gammel bootje te trotseren in de hoop het aan de overkant beter te krijgen. Met de beschrijving van de levens van de bewoners van Bulbury, beschrijft Noël Crux de levens van alle mensen die, gedreven door hoop en wanhoop, huis en haard verlaten voor een onzeker bestaan in de stinkende huidplooien van het monster van de vooruitgang.

Ten tweede gaat Kaf over neofobie: de nieuwlichterij die altijd eerst alleen ten gunste komt van de voortrekkers zelf en de elite, en daarom wordt verketterd door de massa die er in aanvang alleen maar nadelen van ondervindt, al was het maar omdat bestaande fundamenten onder hem worden weggeslagen. Elke belangrijke nieuwe ontwikkeling kost slachtoffers die in de elatie van het moment worden vergeten. Het is bij de digitale revolutie gebeurd, het gaat bij de robotisering van de maatschappij opnieuw gebeuren. Zie opnieuw ‘de gele hesjes’.

Kaf is geen oproep tot verandering. Het is een oproep tot erbarmen.

05cd2a7e83dcd0b26f0bdeaadc7691a1.jpg

Winactie

We hebben één exemplaar van Kaf beschikbaar. Wil je ervoor in aanmerking komen, geef dan antwoord op de volgende vraag: Kees Uittenhout heeft vier romans geschreven. Zou je hem een geëngageerd schrijver kunnen noemen? En waarom wel of niet?

Reageren kan tot en met 14 augustus.  Stuur je antwoord naar e-mailadres hebbanwelovelit@gmail.com.

Interview: Jan Stoel

Banner: Anne Oerlemans

Foto's: beschikbaar gesteld door de auteur en uitgeverij Elikser



Reacties op: Kees Uittenhout: "Kaf is geen oproep tot verandering. Het is een oproep tot erbarmen."

Meer informatie

Gerelateerd

Over

Kees Uittenhout

Kees Uittenhout

Kees Uittenhout (1951) is grafisch ontwerper.Hij schreef onder andere Gouden han...