In de tijd van de Hoekse en Kabeljauwse twisten is Kampen een belangrijke handelsstad, maar Hasse, dochter van een mandenvlechter, vindt het er maar druk en benauwd. Ze trekt er liever op uit met haar zelfgemaakte pijl en boog om langs de IJssel te zwerven. Haar ouders willen heel graag dat ze gaat trouwen, maar Hasse neemt haar eigen beslissing. Ze 'verbidt' Jan van Schaffelaar, dat wil zeggen, ze redt hem van het schavot door met hem te trouwen. Samen trekken ze naar de Veluwe, waar hij als aanvoerder van een troep huurlingen de belangen van de hertog van Gelre behartigt. Hasse geniet van het vrije ongebonden leven. Als jongen verkleed doet ze mee met de overvallen en als boogschutter weet ze het respect van de mannen af te dwingen. Als in Barneveld de compagnie in het nauw wordt gedreven vraagt Hasse zich angstig af hoe ze de belegering zullen overleven.

Samen met Annemieke ga ik in maart "Hasse Simonsdochter" (her)lezen. In de opmerkingen bij deze blogpost kunnen we discussieren en onze voortgang bijhouden.

Natuurlijk kunnen anderen ook aansluiten :)

Het plan

week 1: hoofdstuk 1 t/m 4 (blz 7 t/m 79)
week 2: hoofdstuk 5 t/m 8 (blz 80 t/m 175)
week 3: hoofdstuk 9 t/m 13 (blz 176 t/m 260)

Een paar vragen vooraf

1. Heb je dit boek al vaker gelezen? Zo ja, wat is je het meest bijgebleven? Zo nee, wat verwacht je van dit boek?
2. Wat vind je van de kaft?

Aan het begin van week 1

a. Het begrip wisselkind, was dat nieuw voor je - of juist niet? Wat vind je van de gedachte?

Aan het einde van week 1

3. Ben je zelf wel eens in Kampen of Zutphen geweest?
4. Wat vind je het leukst aan Hasse?
5. Wat heb je voor nieuws geleerd over de 15e eeuw?
6. Wat zou je gedaan hebben in Hasse haar positie? Had je je redder gered of juist niet en waarom? Of had je de keuze gemaakt om te trouwen zoals je was voorgesteld?
7) begrijp je de moeder van Hasse?
8) wat vind je van het taalgebruik in dit boek? Past het bij het verhaal en is dit leesbaar voor de jeugd van tegenwoordig of zou het gemoderniseerd mogen worden?

Aan het einde van week 2

9) Wat zou de reden zijn voor het toevoegen van Gerrits verhaal?

10) Wat vind je van de schrijfstijl?

11) Ik heb opgezocht hoeveel 1 gulden was in 1477 (oftewel 0,45 euro) op https://iisg.amsterdam/en/research/projects/hpw/calculate.php .
Dat is te vergelijken met € 93.08 in het jaar 2020 (dus nu waarschijnlijk ongeveer 100 euro).
36 gulden destijds zou nu dus 3600 euro zijn.
Wat vind je van de bedragen die als losgeld worden gevraagd in dat opzicht?