Interview /
Interview West & Waterman

Door Sander Verheijen en Elsbeth Pijls
Tim en Isaac, voor het gemak gebruiken we in dit artikel hun ‘pseudoniemen’, zijn al jaren de beste vrienden. Het continue onderlinge ‘getreiter’ tijdens de mooiste verhalen aan tafel is daar een goede illustratie van. Isaac reageert regelmatig met ‘Het is allemaal gelogen, maar hij kan erg goed vertellen’, wanneer zijn kompaan weer een prachtige anekdote uit zijn verhalendoos trekt. De sfeer is gezet…
Tim laat zich hier overigens niet door van de wijs brengen, knikt glimlachend naar zijn maat, en vertelt enthousiast verder… Het is voor een buitenstaander een prachtig, maar soms onbegrijpelijk schouwspel.
Dezelfde passie
In een lang en grijs verleden deelden Tim en Isaac al dezelfde passie: het maken van muziek. Ze speelden samen in een band.Jaren later, een huwelijk en kinderen verder kwamen ze elkaar weer tegen... en gingen ze een nieuwe samenwerking aan.
Zoals gezegd was het direct raak met ‘De medicijnmakers’, hun eerste gezamenlijke schrijven. Het boek werd door de jury, bestaande uit o.a. Jac. Toes, Chris Rippen en Jacob Vis, bekroond met de Schaduwprijs voor het beste Nederlandstalige misdaaddebuut van 1999. Er werden ruim 6.000 exemplaren verkocht... niet onaardig voor een debuutroman.
Een jaar later verscheen de thriller ‘Voor het tuchtcollege’ waarop de naam ‘Waterman’ opvallend ontbreekt op de cover. Isaac West schreef dit boek namelijk samen met filosofe Josefien Wendt. “Tim had last van een ‘writersblock’,” grijnsde Isaac. “Voor straf besloot ik met iemand anders te schrijven.”
‘De man uit Sheffield’ (2001) was weer het resultaat van een samenwerking van beide vrienden, maar bracht hen niet het gehoopte succes. De heren besloten een literair agent in de arm te nemen en hun geluk te zoeken bij een nieuwe uitgever. Dit werd Prometheus. “Deze uitgever heeft een meer literaire karakter, dat sprak ons erg aan.”, vertelde Isaac. “Begin mei verschijnt ons derde boek.”
Drukbezet
Het is bijzonder knap dat deze drukbezette mannen toch de tijd hebben gevonden voor het schrijven van boeken . Beiden hebben naast hun schrijverschap indrukwekkende, serieuze, banen. Tim is na een studie geschiedenis en sociologie belandt bij de politie, waar hij momenteel directeur is van twee politieopleidingsinstituten, in Amsterdam en Den Haag. Isaac is als psychiater verbonden aan het AMC.
Isaac: “We zetten altijd eerst het complete raamwerk op papier. We schrijven precies op wat er in elk hoofdstuk moet gebeuren om het verhaal spannend te maken en te houden… Daarna gaan we pas echt schrijven.” Dit lijkt een heel eenvoudig proces, maar Isaac verzekerde ons dat er heel wat discussie aan vooraf gaat. En ook tijdens het schrijfproces kan er toch nog heel wat veranderen.
“We hebben ook volledige zeggenschap over elkaars werk.”, vult Tim aan. “Als ik iets schrijf wat Isaac niets vindt, dan kan hij dat gewoon verwijderen. En vice versa. Ik heb op mijn computer dan ook een heel gevuld mapje met materiaal waar ik ooit nog wel eens iets mee wil doen: het ‘dit-vond-Isaac-niets’ mapje…”
Isaac: “We hebben hier nooit een wezenlijke ruzie over gehad, want we zijn allebei erg kritisch en dat leidt alleen maar tot een betere kwaliteit.”
![]() |
Isaac: “Onze vrouwen zouden het ook niet erg op prijs stellen als er bijvoorbeeld om 1:00 uur ’s nachts aangebeld wordt om even iets te overleggen...”
De supervisor
In ‘De supervisor’ volgen we hoofdpersoon Simon Scheepmaker die een aantal jaren geleden – ten onrechte – door de politie als verdachte in voorarrest werd gehouden. Nu, twee jaar later, besluit de nog hevig aangeslagen jongen zelf op onderzoek uit te gaan naar de verdwijning van zijn vriendin Iris.
Simon Scheepmaker zoekt geestelijke steun en belandt uiteindelijk in een psychiatrische kliniek. Hij wordt begeleid door Liz, die op haar beurt wordt ondersteund door een nogal excentrieke supervisor.
Politie, psychiaters... West en Waterman zoeken het dicht bij huis. “In onze vorige boeken spelen psychiaters, hun patiënten en de politie ook een grote rol”, verklaart Isaac. “Wat we zelf erg grappig vinden in dat Tim (politieman, red.) regelmatig over psychiaters en de arts-patiënt relatie schrijft terwijl ik (psychiater, red.) hele stukken over de politie heb geschreven.”
Simon belandt tijdens zijn zoektocht bij zijn vroegere docent Erik Buys, die zelf heel druk is met de voorbereidingen van een rituele vikingbegrafenis voor zijn oom, een beroemde vikingdeskundige in Noorwegen.
Ook deze geschiedkundige kant van het boek komt uit onverwachte hoek. Niet Tim, met zijn achtergrond (hij studeerde ooit geschiedenis) maar Isaac kwam met het idee om dit in het boek te verwerken. Hij las ooit het verslag van Ibn Fadlan over een rituele begrafenis van een Vikinghoofdman. Mede ingegeven door het feit dat Tim veel kennis heeft van middeleeuwse geschiedenis, kwam Isaac met het idee om dit thema te gebruiken voor een boek. Isaac: “Tim was direct enthousiast over dit nogal vage idee. Natuurlijk kende hij het verslag van Ibn Fadlan en twee weken later hadden we het hoofdthema van ‘De supervisor’!”
Uiteindelijk hebben West en Waterman een jaar gewerkt aan ‘De Supervisor’, dat begin mei verschijnt en één van de 59 titels is op de longlist van de Gouden Strop 2004. Of het boek pas succesvol is na het winnen van de Strop, wordt direct door Isaac van tafel geveegd. “Wij zijn gaan schrijven omdat het ons interessant en leuk leek om een verhaal dat in ons hoofd zat om te zetten in een spannend goed lopend verhaal. Succes betekent voor ons dat (veel) lezers ons boek leuk, spannend of interessant vinden...”