Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Hebban vandaag

Interview /

Michael Connelly: een spaarzaam verteller

Grijze sik, gereserveerde blik. Thrillerauteur Michael Connelly (47 miljoen verkochte boeken) draagt een casual kostuum dat geruime tijd in de koffer moet hebben gezeten, vol als het zit met verkeerde vouwen. Zijn 24e boek, De Val, is in Nederland net verschenen. Ah! Hij leeft op. Holland? Daar ligt de oorsprong van zijn belangrijkste personage, Harry Bosch. Bosj, zoals hij het uitspreekt.

Tekst: Egbert Jan Riethof
Foto's: Miriam Berkley

Natuurlijk, hij is in Nederland geweest en toen hebben ze het hem verteld: Hiëronymus Bosch (1450-1516), de Nederlandse schilder naar wie Harry’s moeder haar zoon vernoemde, heette in de volksmond Jeroen, niet Harry. Dat wist Michael Connelly (56) niet toen hij zijn personage rond 1990 ontwikkelde. ‘Ik wist niet meer van hem dan ik op de universiteit had gehoord, toen ik een blok volgde over Hollandse schilderkunst. Veel Amerikanen dachten dat ik de naam zelf had bedacht... Er is nu weinig meer aan te doen. Het zint me natuurlijk niet, want ik houd me liever aan de feiten. Het valt op dat u de naam anders uitspreekt. Bos? Moet dat zo? Dat is dan weer nieuw voor mij.’

Gedwee, of misschien beleefd, luistert hij naar de uitleg: de spelling met –sch stond in de middeleeuwen voor een uitspraak met –sg, de harde g-klank, of –sk. Al eeuwen spreekt geen Lagelander het zo meer uit en dus werd de spelling in 1947 afgeschaft. Geen menschen meer, maar mensen. Hij zegt het niet rechtuit, maar het zou best eens kunnen dat Harry Bosch, de korzelige rechercheur die een reproductie van De Tuin der Lusten bij hem thuis in de hal heeft hangen, vroeg of laat op dezelfde informatie stuit. ‘Ik sluit ook niet uit dat Harry nog eens naar Nederland moet reizen voor een moordonderzoek. Ik heb al aantekeningen gemaakt, geïnspireerd op een gebeurtenis waarover ik krantenartikelen heb verzameld. Het speelt zich af in Amsterdam en Parijs. Het thema van de naamgever, Jerome Bosj, kan ook nog worden uitgediept. Alleen in A Darkness more than night (Donkerder dan de nacht, 2001, red.) ben ik dieper ingegaan op de verwantschap van Harry met de thematiek van de schilder. Hij zou dan bijvoorbeeld in Den Bosch het huis kunnen bekijken waar de schilder opgroeide.’

NOG VIJFTIEN JAAR
Nu alweer twintig jaar lang spreekt Harry Bosch wereldwijd het publiek nog altijd aan. Het is een klassieke loner, een Philip Marlowe-achtige, zwijgzaam, bevlogen, rechtschapen, maar met zijn eigen donkere kanten en altijd in conflict met gezagsdragers, ijdeltuiten, opscheppers, dienstkloppers, leugenaars, snobisten, intriganten, bureaucraten, machtsbelusten en lijntrekkers. Bijna iedereen dus. ‘In geen enkel opzicht lijkt hij op mij’, legt Connelly ongevraagd uit, als om de vraag voor te zijn. ‘Eerlijk gezegd, in het verleden heb ik twee boeken niet uitgegeven gekregen waarin de hoofdpersoon veel van mij weg had. Pas met Harry Bosch is het wat geworden. Nog elke dag verbaast het mij hoe levensvatbaar dat personage is. Er valt nog heel wat over hem te zeggen.’

In De Val krijgt Harry Bosch – wiens leeftijd zelden wordt genoemd, maar hij is van 1950 – in het begin te horen dat hij permissie heeft nog drie jaar bij de LAPD te blijven, het Los Angeles Police Department. Dat kan in het kader van een werkelijk bestaande regeling om expertise en ervaring voor het korps te behouden. Harry is ontevreden met het decreet, had vijf jaar gewild; politiewerk is zijn leven. Aan het slot van de complexe politieroman verandert zijn standpunt echter, maar ook dat van de LAPD. ‘Harry Bosch leeft volgens zijn eigen normen en waarden, niet die van zijn werkgever of de samenleving. Dat brengt hem voortdurend in conflict met de omgeving en in tweestrijd met zichzelf. Onvermijdelijk komt er een einde aan zijn carrière, maar op dat moment zal ik als schrijver nog jaren te gaan hebben. Ik schat dat mij als schrijver nu nog vijftien jaar resten. Nieuwe oplossingen gaan door me heen. Harry is eerder voor een paar jaar uit de dienst geweest, vanaf City of Bones (Stad van beenderen, 2002, red.), om verder te gaan als privé-speurder. En er is zijn dochter natuurlijk.’

De grijze sik blijft, de gereserveerde blik is weg, hier in de lounge van het chique New Yorkse hotel. Michael Connelly komt los, zeker nu de dochter ter sprake is gekomen. Die van Harry Bosch dan, 16 jaar geworden in augustus 2012, die sinds 2009 bij haar vader woont nadat de moeder, voormalig FBI-agente, in Hong Kong een tragische dood heeft gevonden. Eigenlijk denkt hij daarbij aan zijn eigen dochter die van dezelfde leeftijd is. ‘Vanmorgen heb ik aan een dialoog tussen Harry en zijn dochter gewerkt. Ik schrijf over de werkelijkheid om mij heen en neem alles in gebruik wat ik waarneem en me ter ore komt. Ik had vorige week een gesprek met mijn eigen dochter in mijn woonplaats Tampa, Florida. Het ging over een werkstuk dat ze moest maken en ik sprak met haar over drijfveren, over bezieling. Daarop inspireer ik me dan. Maddie, de dochter van Harry, heeft al sinds 2010 de ambitie om bij de politie te gaan en krijgt schietlessen met het Glock-pistool van haar vader. Ik vind ook elders inspiratie. Denk aan Henning Mankell. Natuurlijk heb ik al zijn thrillers over Kurt Wallander gelezen. Deze inspecteur is een sterk personage, en de interactie tussen hem en zijn dochter, die ook bij het politiekorps van Ystad terechtkomt, is levensecht. Ze hakken voortdurend op elkaar in, anders dan bij mij en mijn dochter, maar de wisselwerking is vergelijkbaar. Wel houd ik de fragmenten waarin Harry met haar praat beperkt. Je moet een lezer nooit overvoeren.’

EEN SPAARZAAM VERTELLER
U houdt van spaarzaam vertellen.
‘Dat is het woord, spaarzaam. Dat komt door mijn verleden als journalist, maar ook door mijn vertrouwen in de verbeelding van de lezer. Zelf richt ik, als lezer, een groot scherm op en kijk naar de film die mijn verbeelding projecteert. Zo lezen de meeste mensen. Daarom geef ik ze niet teveel. Ook als schrijver richt ik dat scherm op; ik zie Harry Bosch de recherchekamer binnenkomen en zijn tas neerzetten. Zo beknopt mogelijk noteer ik dat. De eenvoudigste details hebben de mensen nodig, dingen die ze herkennen. Een kleine beweging voor Harry iets zegt, het neerzetten van een koffiebeker bijvoorbeeld, brengt bij de lezer de verbeelding op gang. Je trekt hem of haar er op het meest elementaire niveau in. Alle grotere emoties, zoals de frustraties die Harry Bosch opdoet, zijn teleurstellingen, zijn triomfen, zijn emoties, ziet hij op zijn eigen virtuele scherm geprojecteerd. In het proces van schrijven kost deze aanpak veel energie, hoewel de tekst vermoedelijk overkomt als makkelijk neergeschreven. Maar simpel en sober wordt het niet zomaar. Ik maak drie of vier versies van elk boek, waarbij de definitieve versie tot 30 procent korter is dan de eerste.’

U zei dat u nog vijftien jaar doorgaat?
‘Dat is een gok. Het kan langer zijn. Kijk, ik wil geen tijd verliezen. Het is voor mij al twintig jaar niet mogelijk om te begrijpen waarom zoveel mensen over Harry Bosch willen lezen. Waar komt dat vandaan? Daar krijg ik geen vat op, het heeft iets mystieks. Eigenlijk ben ik bang dat momentum kwijt te raken. Daarom ga ik altijd door, bezeten, rusteloos, een pauze kan dodelijk zijn. Elk jaar een boek, soms twee. En elk jaar weer die martelende onzekerheid: is het wat? Willen ze het lezen? En: oh jee, dit is het slechtste wat ik ooit geschreven heb. Ook mijn verhouding tot die onzekerheid is bijna van mystieke orde.’

Herleest u uw boeken?
‘Nooit. Ik herlees wel eens een hoofdstuk, maar alleen omdat ik dingen moet checken. Zoals u misschien weet grijp ik in elk nieuw boek terug op gebeurtenissen in het verleden. Alles hangt met alles samen. Harry Bosch blikt terug op eerdere ervaringen die zijn leven een wending hebben gegeven, en allerlei personages keren terug; de chronologie en de verwijzingen moeten accuraat en overtuigend zijn. Maar soms schaam ik me, nou ja, daar zit het vlakbij, als ik passages teruglees. In de eerste boeken was ik duidelijk een nieuweling in het vak.’

De romans van Michael Connelly zijn in de loop van de tijd steeds knapper geconstrueerd geworden, gelaagder, sfeervoller, gevoeliger. Tegelijk is hij de rasverteller gebleven die altijd weer een verrassende wending weet te vinden en alles juist doseert. Aan de oppervlakte is de weergave van de gang van zaken glashelder, maar de achterliggende samenhangen blijven lang duister. In De Val (in november is inmiddels in de VS de 25e roman The Black Box alweer verschenen) speelt de auteur knap met diverse verhaallijnen. Hoe Michael Connelly te werk gaat in zijn streven om gebeurtenissen zo realistisch mogelijk te maken, is mooi te zien aan het incident waarmee een van de verhaallijnen begint. George Irving, de zoon van de ex-politiechef, machtspoliticus en iconisch bureaucraat Irvin Irving, een figuur met wie Harry Bosch al decennialang te maken heeft, is van een balkon van het beroemde hotel Chateau Marmont gesprongen, of hij is eraf geduwd. Zelfmoord, moord? Een video op YouTube toont hoe Michael Connelly zelf in kamer 79 van het Marmont met twee gepensioneerde rechercheurs van de LAPD doorneemt hoe de politie in het geval van een dergelijke gebeurtenis op de PD (plaats delict) zou handelen en waar het onderzoek zich in eerste instantie op zou richten.

Gaat u altijd zo te werk?
‘Niet altijd zo uitgebreid als toen in het Marmont. Dat was nu eenmaal een erg complexe mise-en-scène. Maar ik bezoek alle plaatsen van handeling en gebruik vaak locaties die me vertrouwd zijn. Een voorbeeld, het huis van de halfbroer van Harry, advocaat Mickey Haller (hoofdpersoon in tot nu toe vier romans, waarvan The Lincoln Lawyer verfilmd is) is tot in detail mijn eigen huis van een decennium geleden. Helaas hebben ze in de film met Matthew McConaughey een andere locatie genomen, tegen mijn zin. Soms moet Harry ergens een verdachte observeren, tot in het ochtendgloren. Niet altijd, hoor, maar soms ga ik ter plekke op dat tijdstip kijken hoe het licht valt en andere waarnemingen opdoen.’

TWEE, DRIE BOEKEN
Er zijn maar twee boeken van u verfilmd, juist twee waarin Harry Bosch geen rol speelt. Wanneer komt het ervan?
‘Het is moeilijk om een acteur te bedenken die in de rol zou passen. Hij moet ook enigszins aansluiten op het beeld dat ik altijd van hem heb gehad; helemaal is natuurlijk onmogelijk. Lang heb ik het tegengehouden, maar ik kan bevestigen dat het gaat gebeuren.’

Bent u nooit bang geweest dat Harry Bosch als personage aan kracht zou verliezen?
‘Voortdurend, althans de eerste tien jaar. Aanvankelijk had ik niet eens gerekend op meer dan twee, drie boeken. Aan het einde van City of Bones besluit hij de LAPD te verlaten. Ik dacht: de rek is eruit, hij moet een nieuwe fase in, en ik liet hem verder gaan als private eye in Lost Light (Verloren licht, 2003, red.). Maar ik merkte dat dit een fatale vergissing was. Zonder zijn strijd tegen de bureaucratie was Harry Bosch als persoonlijkheid moeilijker neer te zetten. Fataal, want ik wil nu eenmaal dat in mijn boeken alles gebeurt zoals in de werkelijkheid – en bij de LAPD lieten ze iemand die is opgestapt niet graag terugkomen. Maar, weer zo’n wonder, net in die tijd kwam er een nieuwe chef bij de echte LAPD. Hij voerde een programma in met het doel vertrokken dienders de gelegenheid te geven om terug te komen. Sterker, de man, die altijd in het noordoosten van de VS had gewerkt, kreeg van derden het advies mijn boeken te lezen om zich in te leven in de gang van zaken bij de LAPD. Hij nam zelfs contact op en gaf me informatie over de formulieren die Harry Bosch in diende te vullen, en de drempels die hij te nemen had. Ik beschouw dat wederom als iets mystieks, zoals destijds de werkelijkheid ingreep om Harry Bosch in zijn eigen habitat terug te laten keren. In Lost Light ontdekt Harry dan hij een dochter heeft. Niet dat ik dat met opzet zo arrangeerde. Maar haar intrede heeft vervolgens gezorgd voor nieuw elan in en verdieping van het bestaan van romanpersonage Harry Bosch.’

In een uur is Michael Connelly veranderd van een wat verlegen vijftiger, onophoudelijk om zich heen spiedend, in een bevlogen prater die steeds peilt of wat hij zegt wel overkomt. De stigmatiserende sik zie je eigenlijk niet meer. Hij vertelt over de ‘creatieve euforie’ die hij soms ervaart tijdens het proces van schrijven. Gisteren nog, toen hij wachtend op het vliegtuig vanuit Tampa naar New York een telefoongesprek gevoerd had met een rechercheur moordzaken in LA, die hem een en ander had verteld over de procedures en omgangsvormen in zijn district. ‘Wat de man vertelde paste wonderbaarlijk in het verhaal dat ik momenteel aan het opbouwen ben. Ik kon niet wachten tot het vliegtuig op hoogte was en ik mijn laptop aan mocht zetten. Ik heb in een roes de scène uitgewerkt, alles kwam samen en ik wist: dit gaat de lezer raken. Het was een ervaring van geluk.’

HARRY BOSCH-REEKS
1. The Black Echo (Tunnelrat, 1999)
2. The Black Ice (Nachtgoud, 1995)
3. The Concrete Blonde (Betonblond, 1995)
4. The Last Coyote (Hartzuur, 1996)
5. Trunk Music (Kofferdood, 1997)
6. Angels Flight (Spoordood)
7. A Darkness More Than Night (Donkerder dan de nacht, 2001)
8. City Of Bones (Stad van beenderen, 2002)
9. Lost Light (Verloren licht, 2003)
10. The Narrows (Stroomversnelling, 2004)
11. The Closers (Slotakkoord, 2005)
12. Echo Park (Echo Park, 2006)
13. The Overlook (Blind vertrouwen, 2007)
14. The Brass Verdict (Het laatste oordeel, 2008)
15. 9 Dragons (Tweede leven, 2012)
16. The Reversal (De herziening, 2011)
17. The Drop (De val, 2012)
18. The Black Box (2012 - nog niet vertaald)
19. The Gods of Guilt (2013)



Over de auteur

Hebban Crew

2542 volgers
0 boeken
0 favorieten
Hebban Crew


Reacties op: Michael Connelly: een spaarzaam verteller

 

Gerelateerd

Over

Michael Connelly

Michael Connelly

Michael Connelly (1956) werkte jarenlang als misdaadverslaggever voor de L.A. Ti...