Het kind, dat in de grote stad op kamers is gaan wonen bij huisbaas Mahmood, reist in wanhoop per trein naar de moeder. In het hoofd is het chaos. Steeds weer gaan de gedachten naar Mahmood en naar Irina, het kleintje van Mahmood, dat zich op het verkeerde moment op de verkeerde plaats bevond.
En dan is er tussen moeder en kind de droom, de droom over de bombyx mori.