Ik ben een betweter. Dat zeggen mensen tegen mij. Dat ik een betweter ben. Dat ik het allemaal zo goed weet. En dat bedoelen ze vaak negatief. Zo van: jij denkt dat je het allemaal zo goed weet, nou dat is niet zo.
Terwijl ik het best vaak goed weet.
De betweter weet eigenlijk alles. Beter. En dat lees je in meer dan veertig stukjes waarin hij jou vertelt hoe de dingen in elkaar zitten. Van yeti’s tot kabouters, van muizen tot kakapo’s en van ruimtevaarders tot een optredende worst.
Je ziet het. En je leest het. En het klopt: de betweter weet er echt alles van. Je krijgt er buikpijn van. Van het lachen. Of je nou negen bent of honderddrie. Want het is Hans Sibbel. Lebbis. Die dus. En daar is er maar één van. En hij heeft ook maar één zus. En die maakte de tekeningen die net zo eigenwijs zijn als de betweter.
Ik ben verslaafd aan de Yeti.
Vroeger was ik gek op kabouters. Ook nooit echt gezien.
Maar die zijn ook heel klein.
