Journalist Robert Fisk verblijft al dertig jaar in het Midden-Oosten, waarvan de meeste tijd als oorlogscorrespondent voor de Britse krant The Independent. Hij was getuige van cruciale historische momenten, waaronder de inval van de Sovjet-Unie in Afghanistan, een gasaanval van Saddam Hoessein in de oorlog met Iran, de burgeroorlog in Libanon, de inval in Koeweit, de beide Golfoorlogen, het Israƫlisch-Palestijnse conflict en de val van Bagdad. Fisk is bovendien een van de weinige journalisten die Saddam Hoessein, Osama Bin Laden, Khadafi, Arafat en Moebarak meerdere malen heeft gesproken. Meer dan eens is hij aan de dood ontsnapt.
De westerse landen hebben militaire interventies in de islamitische wereld altijd gerechtvaardigd met nobele bedoelingen. Ze kwamen beschaving en cultuur brengen of vrede en vrijheid. In werkelijkheid hadden ze geopolitieke bedoelingen. Ze wilden hun invloedsfeer behouden en vergroten of hun economische belangen veiligstellen. Deze hypocrisie ondermijnt de geloofwaardigheid van het Westen, want we brachten niets goeds en maakten alles erger. Fisk geeft een analyse van de westerse interventies per land en baseert zich zowel op bronnen als zijn eigen getuigenissen. Het resultaat is een vlijmscherp, vuistdik boek dat blijk geeft van zijn betrokkenheid en kennis van zaken. Nu het Midden-Oosten in brand staat, geeft het boek een achtergrond bij de huidige conflicten en blijkt de tijd Fisk gelijk te geven.