Marthe heeft sinds haar zeventiende geen verliefdheid meer gevoeld. Nu is ze zeventig, oma en al jarenlang weduwe. Alleen op zondag, als de stemmen van haar kleinkinderen door het huis schallen, licht haar grijze bestaan op. Oogcontact met de tachtigjarige schilder Félix, in het café waar ze iedere middag haar kruidenthee drinkt, zorgt voor een ommekeer. Marthe wordt verliefd, een blos verschijnt op haar wangen. ‘Ik denk dat we in de ouderdom iets van onze jeugd hervinden, iets wat we zijn kwijtgeraakt omdat we gegrepen waren door werk, carrière en de behoefte ons anders voor te doen dan we zijn. - Noëlle Châtelet