Twee jonge vrouwen - Sofia, een arbeidersdochter, en Maria, een meisje van stand - raken begin jaren zestig ongewenst zwanger en worden onder druk van hun families naar Moederheil gestuurd, een tehuis waar ongehuwde moeders met een doek over hun ogen moeten bevallen voordat hun kind bij hen weggehaald wordt. Dit tehuis bestond van 1921 tot 1995.
In een verstikkende wereld vol schaamte en volhardend zwijgen zoeken de vrouwen in 'Moederheil' van Els Florijn naar regie over hun eigen lichaam, leven en moederschap.