Kleine, slanke duiven met een lange, contrastrijk getekende staart, wit afgebiesd, een zwart halskraagje en robijnrode kraaloogjes. En dan die onbenoembare nuances beigeachtig grijs. Prachtige sobere aardetinten hebben ze, die Turkse tortelduifjes. Oorspronkelijk komt het diertje, inderdaad, uit Turkije, maar de eerste Nederlandse Turkse tortels kwamen in 1950, in een tuin in Musselkanaal uit het ei. Vijf jaar later telde ons land ongeveer honderd broedparen. Hierna volgde een nog niet eerder door een vogelsoort vertoonde groei, met elk jaar bijna een verdubbeling van het aantal paartjes. Opeenvolgende generaties Turkse tortels hebben er nog geen twintig jaar over gedaan om in een rechte lijn van Istanbul naar de IJsselmeerkust te vliegen en de tussenliggende streken te koloniseren. Waarna ze naar Engeland overstaken, en daarna verder naar het noorden – in een waanzinnige tempo. En de opmars is geenszins gestuit! Vogelliefhebbers in de Verenigde Staten en Canada plaatsen nu foto’s op internetfora over de spannende aankomst van dit duifje op hun voederplank.
