‘Een avonturier in de krochten, kelders en verschrikkelijke ondergrondse tunnels van de menselijke ziel.’ Zo omschreef D.H. Lawrence zijn collega Edgar Allan Poe. In het donkere en waanzinnige en hallucinante universum dat Poe in zijn verhalen schept is de hoofdrol weggelegd voor de angst. Hij ging er dan ook vanuit dat die emotie allesoverheersend is. Tegen angst is niets opgewassen.
Zijn lezers en zijn personages vallen er dan ook al eeuwen aan ten prooi. Poe lezen is als een langdurige nachtmerrie: je wilt wel wakker worden, maar het lukt niet. Pas als de wekker gaat, of de literatuur je loslaat.
