Het zijn best wel schattige huisjes in de woonwijk omheen de fabrieken in Hoboken. De kinderen van de grote gezinnen in de zestiger jaren beleven daar op straat de tijd van hun leven. Maar de werkelijkheid is dat de fabrieksarbeiders arm en zonder perspectief door het leven gaan. Dat willen de vier broers Pauwels anders gaan doen. Wanneer zij een kans zien om uit dat milieu weg te komen, menen ze dat een gouden toekomst hen toelacht. Aanvankelijk lijkt dat te lukken in het charmante pralinefabriekje te midden van een schilderachtige tuin in Hove. In soms hilarische scènes krijgen ze echter algauw onenigheid over de manier waarop ze hun ambities najagen. Gebaseerd op waargebeurde feiten bevat deze roman heel wat autobiografische elementen.