Duifje leeft samen met de as van Flip – haar gecremeerde man – die ze bewaart in een zilveren cocktailshaker. Ze neemt hem overal mee naartoe, voert gesprekken met hem en vraagt hem regelmatig om wijze raad. Voor haar is Flip niet dood, maar springlevend, en dichterbij dan ooit. Maar over haar levendige relatie met haar dode man laat zij zich bij anderen niet uit, totdat haar beste vriendin Rika erachter komt en Duifje erop aanspreekt.
Nu Rika haar ‘geheim’ kent, breekt Duifje. Rika dwingt haar afstand te doen van de as van de dooie Flip, wat Duifje totaal ontregelt; verder leven zonder haar dode man doet haar ondraaglijk aan. Ze wordt gekweld door een groot gevoel van leegte. Maar dan dient zich uit onverwachte hoek een nieuw levensperspectief aan.
