Amanda Montgomery kan het niet geloven. Wat heeft ze verkeerd gedaan? Waarom heeft Robert, de man met wie zij hoopte te trouwen, haar op dit kerkhof in de steek gelaten? Alles heeft Amanda geprobeerd om het hem en zijn verwende puberdochter naar de zin te maken. En toch hebben ze haar, na een dwaze ruzie, zonder geld en zonder papieren achtergelaten. Huilend van woede en frustratie ligt ze op een koude marmeren graftombe. Haar hele wereld is in elkaar gestort. Dit huwelijk met Robert was het enige wat haar nog enig aanzien in haar familie had kunnen geven. Nu zullen ze haar zien als een mislukkeling.
Wanhopig verlangt Amanda naar iemand die haar uit deze situatie redt. Plotseling, als antwoord op haar smeekbede, ziet zij een mysterieuze, knappe man op zich af lopen. Onbeschaamd staart zij hem aan - lang, breedgeschouderd en smalle heupen. Amanda voelt zich onweerstaanbaar tot hem aangetrokken. Op onverklaarbare wijze weet ze dat hij een man is waar ze op kan bouwen. Een man die haar zal accepteren zoals ze is. Hij beweert Nicholas Stafford, graaf van Thornwyck te zijn. Amanda gelooft hem niet, want volgens de inscriptie op de graftombe is Nicholas Stafford in 1564 overleden. Maar als Amanda ziet hoe vreemd hij reageert op alles wat hij ziet, begint zij te twijfelen.
