'Op dood spoor geraakt,' zo vat Giesel Vaandrager zijn huidige situatie samen. Hij heeft veel bereikt in zijn leven, maar zijn bedrijf loopt matig en zijn huwelijk is een last, alleen aan zijn kinderen denkt hij graag. Er moet iets veranderen, maar wat? Vaandrager neemt een tijdje vrij om te doen wat hij altijd al wilde: meer over de geheimen van zijn familie te weten komen. Hij reist naar Goslar, waar zijn vader en zijn grootmoeder na de oorlog in een klooster hebben gewoond op de vlucht voor de haat van de Nederlanders. Vaandragers grootvader was een hoge nsb'er die kort na de oorlog ter dood werd veroordeeld. Vaandrager kan het woord 'fout' niet meer horen zonder aan zijn opa te denken. En alsof hij nog geen problemen genoeg heeft, maakt hij in Goslar kennis met een vrouw die hem weldra meer interesseert dan hem lief is. Ruth Tannenbaum uit New York zoekt in het provinciestadje naar haar family roots. Maar behalve veel gedenkplaten zijn er in Goslar bitter weinig sporen van het Joodse verleden te vinden. Totdat Vaandrager in het klooster de oude heer Hirsch ontmoet en Ruth en hij daardoor nader tot elkaar komen. Maar hoe meer de verliefdheid verandert in een grote liefde, des te zwaarder weegt ook het verschil van hun achtergrond. De emoties in hun relatie laaien bij tijd en wijle hoog op waarbij menig taboe wordt doorbroken. Als het al mogelijk zou zijn aan het verleden te ontkomen, wat is dan het juiste moment om samen aan de toekomst te beginnen?
