Jacob is een rechtgeaarde vader. Het liefst zou hij zijn kinderen tegen alle gevaren beschermen. Als zijn gezin bedreigd wordt door iets wat hij niet buiten de deur kan houden, neemt hij een rigoureus besluit. Honderd jaar later voedt Ellen, de achterkleindochter van Jacob, haar zoon op. Het liefst zou ze haar enige kind de beste opvoeding ter wereld geven. Als blijkt dat niet iedereen daaraan meewerkt, overweegt ze een rigoureuze stap te zetten. Brengen de beslissingen van Jacob en Ellen wat ze ervan verwachtten? Zijn hun motieven volledig zuiver? Is het onbegrijpelijk wat Jacob zijn gezin aandoet, of is het iets wat alle ouders van alle generaties op hun eigen manier doen?