Isaäc kijkt naar zijn vader. Plechtig zegt deze: Oom Jacob zal komen. En jij, Isaäc mijn zoon, jij zult je oom gaan halen. Isaäc is verbijsterd, maar ook opgewonden en blij. Zijn vader blijkt de zaak al helemaal geregeld te hebben. 'De Silveren Dolphyn' hun nieuwe schip, zal zo gauw mogelijk vertrekken. Op weg naar Italië zal het de beruchte haven Cork in Zuid Ierland aandoen. In dat toevluchtsoord voor zeeschuimers ligt bij de Engelse gouverneur van de stad een gesloten brief. Pas daarin wordt precies de plaats genoemd waar Isaäc zijn oom zal ontmoeten... Zo begint het avontuur van de zoon van een rijke Amsterdamse reder en de scheepsjongen Derck, die op hun reis naar Afrika een komplot van muitende zeelui weten te verijdelen en ook nog, ver van huis, een in Amsterdam gepleegde misdaad oplossen.
