Ludo is zes jaar en woont alleen met zijn moeder. Hij heeft een onstilbare honger naar kennis: hij lost wiskundige raadsels op, in de metro leest hij de Odyssee in het Grieks, en hij leert zichzelf in hoog tempo Hebreeuws, Arabisch, Japans en IJslands om de grote verhalen uit de geschiedenis en de wereldliteratuur te kunnen lezen. Hij wil alles weten. Zijn moeder Sibylla doet haar uiterste best haar hoogbegaande zoon te begeleiden en te onderwijzen, terwijl zij maar nauwelijks kan rondkomen. Maar wat hij werkelijk wil weten, de identiteit van zijn vader, vertelt ze hem niet. Met behulp van zijn lievelingsfilm Seven Samurai, waarin zeven Japanse strijders worden getest op moed, trouw en doorzettingsvermogen, gaat Ludo op zoek naar een vader. Hij test een aantal eminente mannen op hun samoeraivaardigheden: voor elke kandidaatvader - ieder machtig en prominent op zijn eigen manier - heeft hij een bijzondere uitdaging. De laatste samoerai is een intellectuele tour de force, vol verhalen, fabels, Japanse grammatica, Griekse poëzie, IJslandse legendes en wiskundige problemen. Maar bovenal wordt teder en liefdevol de innige band tussen een moeder en haar geniale, geestige en bijzondere zoon beschreven.