Als haar moeder bij haar geboorte sterft en haar vader negen jaar later, is Nelleke van Haren al vroeg wees. Haar broer Kees, die dertien jaar ouder is dan zij, wordt haar voogd. Af en toe mag ze een weekendje naar Leiden, waar Kees studeert en op kamers woont in hetzelfde huis als zijn grote vriend Jan Tjerkstra. De beide jongens doen al wat in hun vermogen ligt om Nelleke een zo goed mogelijke opvoeding te geven, en met succes. Nelleke groeit op tot een jonge vrouw en als Jan, dan afgestudeerd, met de marine naar Indië moet is het Nelleke, die in Holland drie jaar op hem moet wachten. Zal zij dit lange wachten kunnen volbrengen?
