Rupert is niet alleen een wanhopige verdedigingsrede, maar ook een roman over geheugen en geilheid, daadkracht en onvermogen, exhibitionisme en voyeurisme, waarheid en fictie, toeschouwers en acteurs, moed en lafheid, herinnering en verlangen. En een roman over de kunst van het beledigen, de kunst iemand de weg te wijzen, de kunst van het hopen, de kunst te blijven geloven in je eigen waardigheid wanneer je lange tijd zonder gezelschap in de Kroon van Mócani zit te zwetsen over de verwerpelijkheid van mannen die truien dragen en meisjes die cappuccino bestellen.
Rupert, deel 1 van de Steppoli-tetralogie, is een teder, vulgair, wijs, goor, romantisch en humoristisch - kortom een ultiem boek over liefde
