De talentvolle Sjoerd Verveer (16) heeft zijn draai als arbiter gevonden. Samen met zijn vrienden Graziano Fellini en Emiel Kastelijn wordt hij uitgenodigd voor een prestigieus toernooi. Tot Sjoerds frustratie krijgt hij niet de rol die hij denkt te verdienen. Ze moeten het bovendien opnemen tegen één van de beste scheidsrechters die ze kennen. Dan gebeurt er iets dat hun leven volledig op zijn kop zet: een strijd op leven en dood met een schuldgevoel dat blijft hangen.
Sjoerds doel was de Champions League en daarna het Wereldkampioenschap en als het even kon, de finale. Het was al lang geen naïeve droom meer, zoals toen hij als één van de miljoenen voetballertjes nog droomde van het grote Oranje. Het fluiten had hem een reële kans op topvoetbal gegeven. Hij had karakter gekregen doorspekt van lef, vastberadenheid en bovenal was hij een leider geworden. Maar vandaag zou hij Graziano volgen. Het zou één van de laatste keren zijn.
