De principes van Tao worden gevonden in de vloeiende patronen van water, en tonen de wijze waarop de mens kan samenwerken met het natuurlijk verloop van de wereld. Alan Watts omschrijft de essentie van Tao als de concrete ervaring van die harmonieuze levenshouding. De eeuwenoude en tijdloze Chinese wijsheid is een geneesmiddel voor de kwalen van de moderne westerse cultuur dat niet enkel intellectueel moet worden ingenomen: het kan ons hele bestaan met vreugde doordringen. De vloeiende kracht van Tao kan op die manier zowel ons individuele leven als de samenleving transformeren. Alan Watts maakt gebruik van zowel oude als nieuwe bronnen in zijn beschrijving van de Chinese filosofie van het taoisme, zoals hij dat eerder deed in zijn klassiek geworden werk over het zenboeddhisme, The Way of Zen. Hij wordt de beste vertolker van het begrip van Tao voor een westers publiek genoemd, en ook de kennismaking met de Chinese cultuur die ten grondslag ligt aan het taoisme maakt dit tot een van zijn meest geliefde boeken, ondanks het feit dat hij stierf voordat het was voltooid.
