Al de hele zomer heeft het niet geregend in het dorpje Good Hope. Door de hitte komen de onderhuids smeulende spanningen in de kleine gemeenschap dicht aan de oppervlakte. Dan gaat de mooie eeuwenoude kerk, de trots van de methodistische gemeenschap, in vlammen op. Elijah Waddell wordt gearresteerd, terwijl hij staat te juichen bij de brand. De dag ervoor heeft hij zijn vlak na de geboorte overleden dochtertje Nora Carol opnieuw moeten begraven omdat ze niet welkom was op het kerkhof. Want Elijah is zwart en zijn vrouw Clare is blank. Advocaat Nat Deeds probeert Elijah over te halen schuld te bekennen, maar hij weigert halsstarrig. Dan wordt onder de as van de kerk het lichaam aangetroffen van de dochter van de sheriff en verandert de aanklacht in moord en verkrachting. Op zoek naar ontlastende bewijzen en inmiddels overtuigd van de onschuld van zijn cliënt wordt Deeds geconfronteerd met de vooroordelen, de verziekte familieverhoudingen en de haat die het leven in Good Hope bepalen. Zijn tegenspelers, de sheriff en de officier van justitie, zijn de machtigste mannen van het dorp en Deeds strijd lijkt hopeloos. Maar gelukkig blijken er mensen te zijn wier rechtvaardigheidsgevoel het wint van angst en traditie.