De Utrechtse rechercheurs Gerard van Dongen en Frank van der Linden onderzoeken de verdwijning respectievelijk moord op de bekende misdaadverslaggever Maarten Koopman. Het wordt al snel duidelijk dat zijn naaste medewerker, Corneel van Zoomeren, onvindbaar is. Corneel was afgereisd naar Qatar om de betrokkenheid van criminele organisaties in het prestigieuze Seaflower Invest Project te onderzoeken. Christine van der Zande, weduwe van een Nederlandse onroerendgoedmagnaat, is één van de initiatiefnemers van dit project. Maarten had de middag voor zijn verdwijning een interview met haar in haar landhuis op Landgoed Bosdael te Doorn.
Het onderzoek richt zich in eerste instantie op de bewoners van Landgoed Bosdael, maar uit niets blijkt dat Christine iets met de moord te maken heeft. In een bericht dat Corneel inspreekt op de voicemail van Maarten Koopman verwijst hij naar ‘De Witte Generaal’ en er zou een link bestaan met Christine van der Zande.
Corneel van Zoomeren wordt zwaar gewond gevonden ten oosten van de stad Utrecht en in kritieke toestand in het ziekenhuis opgenomen. Dan wordt Gerard bij de commissaris geroepen. Hij krijgt te horen dat er een jongetje van acht, Ricky van Dam, een tijdje vermist is geweest en inmiddels ernstig getraumatiseerd is teruggevonden. Het blijkt dat Ricky getuige is geweest van de marteling die Corneel van Zoomeren heeft moeten doorstaan. Intussen stapelen de raadsels rond De Witte Generaal zich op en blijken diverse mensen heel anders te zijn dan ze zich voordoen.
Een verrassende, breed opgezette en onderhoudende misdaadroman.
