Paul van Loon: ‘Leraren die zelf niet van lezen houden, moeten een ander beroep kiezen’
Met een leesoffensief wil de politiek het plezier in lezen terugbrengen. Wat kinderboekenschrijver Paul van Loon betreft, begin je bij de onderwijzer.
Leg kinderboekenschrijver Paul van Loon (64) de alarmerende berichten voor over ontlezing; dat jongeren tussen de 13 en 19 jaar gemiddeld nog maar tien minuten per dag lezen, dat bijna de helft in die leeftijdscategorie lezen zelfs een tijdverspilling noemt. Vraag hem dan of hij het als persoonlijk falen voelt. Dan zegt hij: ‘Als ik heel eerlijk ben: nee. Ik schrijf sinds 1983 boeken voor kinderen tot een jaar of 15. Ik sta elk jaar voor duizenden kinderen in het theater, met een show die gaat over mijn boeken en over het belang van lezen. Na afloop signeer ik, en dan staan ze in rijen voor mijn tafel. Kinderen én hun ouders: of ik ook een handtekening wil zetten in hun oude exemplaar. En dan vertellen ze hoe ze door mij zijn gaan lezen en daar nooit meer mee zijn opgehouden.’
‘Niemand weet nog wat boeken zijn. Alle mensen zijn bèta’s geworden. Bèta’s kijken alleen nog maar op schermen, tablets, mobieltjes, laptops. De beeldschermen hebben de strijd gewonnen. Niemand is nog geïnteresseerd in boeken en taal.’