Lezersrecensie
Revalidatie van de vrouw in de mythologie
Natalie Haynes is schrijfster, classica en radiopresentator. Ze laat haar eigen stem weerklinken in de interpretatie van de klassieke literatuur door haar eigen manier te bezigen van moderne wetenschap en deze te verbinden met het vrouwelijke perspectief van toen en nu. In de inleiding maakt ze haar motivatie kristalhelder duidelijk waarom ze ons haar versie van ‘Pandora’s Jar’ schenkt, in de hoop als eenmaal alle vooroordelen vervlogen zijn dat we ons eigen vuur op de bodem van Pandora’s kruik vinden:
“Bij iedere mythe is er sprake van meerdere tijdlijnen: de tijd waarin ze speelt, de tijd waarin ze voor het eerst wordt verteld, en elke keer dat ze opnieuw worden verteld. Mythen mogen dan de wonderlijkste wezens herbergen, ze zijn ook een afspiegeling van óns. Welke versie van het verhaal we willen vertellen, welke personages we op de voorgrond plaatsen en welke we in de schaduw laten vervagen, al die keuzes weerspiegelen evenzeer de verteller en de lezers als de personages in die mythe. In onze manier van vertellen hebben we ruimte gemaakt om verdwenen of vergeten vrouwen te herontdekken. Ze zijn geen serpenten, slachtoffers, echtgenotes en monsters: ze zijn mensen.”
Met de intrigerende woorden ‘kalon kakon’ wordt Pandora in het bronzen tijdperk paradoxaal omschreven als ‘een beeldschoon kwaad’. In die tijd stal Prometheus het vuur van de goden en gaf het cadeau aan de mensen. Zijn diefstal had tot gevolg dat woedende goden onze mensheid in hun toorn Pandora schonken. Hefaistos en de godin Athene schiepen Pandora als ‘kalon kakon, ant’agathoio: beeldschoon kwaad, de prijs voor het goede’. De andere goden hadden meteen door, aldus Natalie Haynes:
“(…) dat de stervelingen geen remedie tegen haar hebben. Uit deze vrouw, schrijft Hesiodes, is heel het dodelijke ras der vrouwen voortgekomen. Altijd fijn om gewenst te zijn.”
Is de ongewenst gewenste oermoeder Pandora nou net als het vuur een geschenk voor de mensheid, of een goddelijke vloek? Is Pandora een mythologische bespiegeling van onze menselijke ervaring of eerder een geliefd object van al onze angst- en vrees-projecties? Of is ze hét archetype van dé vrouw als volledig mens. Hoe ‘de’ mythologische vrouw ook gezien wordt hangt af van de visie van de verteller en de tijdgeest, maakt Natalie Haynes overduidelijk.
In de klassieke oudheid heerste het patriarchaat over hun leefwereld in woord, daad en beeld. Dus ook het schrift en alles in de klassieke geschiedenis is doordrenkt van het eenzijdige perspectief van enkel ‘de’ man. De vrouwen werden uitermate gevreesd blijkt uit de overgebleven en opgevoerde tragedies van bijvoorbeeld Euripides.
Natalie Haynes laat zien dat wereldbeelden zo veranderlijk zijn als de mens. De schrijfster helpt de uniciteit van jouw eigen beeld te (h)erkennen door achtereenvolgens deze mythische vrouwen uit de schaduw van de overlevering te halen:
Pandora
Iokaste
Helena
Medusa
De Amazonen
Klytaimnestra
Euridice
Phaidra
Medea
Penelope
Natalie Haynes nodigt ieders innerlijke verhalenverteller uit als brug tussen wetenschap en filosofie. Niet alleen haar interpretatie is van belang. Dat dit haar gelukt is haal je uit de noot van de vertalers die op hun beurt hun eigen interpretatie van Haynes in de vertaling van ‘Pandora’s Jar’ hebben verwerkt.
Ik had vaak moeite mijn aandacht voor deze non-fictie vertelling vast te houden door de uitputtendheid in belichting van al die kanten van de vrouw in de mythe binnen al die versies die Haynes opvoert. Het was wel nodig om te begrijpen dat elke visie op een verhaal er één is binnen het geheel van het overvloedige vele en het geheel zelf. Het is Natalie Haynes daardoor zeker gelukt om zwarte hoofdstukken in de geschiedenis van de archetypische vrouw te herschrijven in deze prachtige regenboogversie over ‘De kruik van Pandora’ als haar geschenk aan de mensheid.
“Bij iedere mythe is er sprake van meerdere tijdlijnen: de tijd waarin ze speelt, de tijd waarin ze voor het eerst wordt verteld, en elke keer dat ze opnieuw worden verteld. Mythen mogen dan de wonderlijkste wezens herbergen, ze zijn ook een afspiegeling van óns. Welke versie van het verhaal we willen vertellen, welke personages we op de voorgrond plaatsen en welke we in de schaduw laten vervagen, al die keuzes weerspiegelen evenzeer de verteller en de lezers als de personages in die mythe. In onze manier van vertellen hebben we ruimte gemaakt om verdwenen of vergeten vrouwen te herontdekken. Ze zijn geen serpenten, slachtoffers, echtgenotes en monsters: ze zijn mensen.”
Met de intrigerende woorden ‘kalon kakon’ wordt Pandora in het bronzen tijdperk paradoxaal omschreven als ‘een beeldschoon kwaad’. In die tijd stal Prometheus het vuur van de goden en gaf het cadeau aan de mensen. Zijn diefstal had tot gevolg dat woedende goden onze mensheid in hun toorn Pandora schonken. Hefaistos en de godin Athene schiepen Pandora als ‘kalon kakon, ant’agathoio: beeldschoon kwaad, de prijs voor het goede’. De andere goden hadden meteen door, aldus Natalie Haynes:
“(…) dat de stervelingen geen remedie tegen haar hebben. Uit deze vrouw, schrijft Hesiodes, is heel het dodelijke ras der vrouwen voortgekomen. Altijd fijn om gewenst te zijn.”
Is de ongewenst gewenste oermoeder Pandora nou net als het vuur een geschenk voor de mensheid, of een goddelijke vloek? Is Pandora een mythologische bespiegeling van onze menselijke ervaring of eerder een geliefd object van al onze angst- en vrees-projecties? Of is ze hét archetype van dé vrouw als volledig mens. Hoe ‘de’ mythologische vrouw ook gezien wordt hangt af van de visie van de verteller en de tijdgeest, maakt Natalie Haynes overduidelijk.
In de klassieke oudheid heerste het patriarchaat over hun leefwereld in woord, daad en beeld. Dus ook het schrift en alles in de klassieke geschiedenis is doordrenkt van het eenzijdige perspectief van enkel ‘de’ man. De vrouwen werden uitermate gevreesd blijkt uit de overgebleven en opgevoerde tragedies van bijvoorbeeld Euripides.
Natalie Haynes laat zien dat wereldbeelden zo veranderlijk zijn als de mens. De schrijfster helpt de uniciteit van jouw eigen beeld te (h)erkennen door achtereenvolgens deze mythische vrouwen uit de schaduw van de overlevering te halen:
Pandora
Iokaste
Helena
Medusa
De Amazonen
Klytaimnestra
Euridice
Phaidra
Medea
Penelope
Natalie Haynes nodigt ieders innerlijke verhalenverteller uit als brug tussen wetenschap en filosofie. Niet alleen haar interpretatie is van belang. Dat dit haar gelukt is haal je uit de noot van de vertalers die op hun beurt hun eigen interpretatie van Haynes in de vertaling van ‘Pandora’s Jar’ hebben verwerkt.
Ik had vaak moeite mijn aandacht voor deze non-fictie vertelling vast te houden door de uitputtendheid in belichting van al die kanten van de vrouw in de mythe binnen al die versies die Haynes opvoert. Het was wel nodig om te begrijpen dat elke visie op een verhaal er één is binnen het geheel van het overvloedige vele en het geheel zelf. Het is Natalie Haynes daardoor zeker gelukt om zwarte hoofdstukken in de geschiedenis van de archetypische vrouw te herschrijven in deze prachtige regenboogversie over ‘De kruik van Pandora’ als haar geschenk aan de mensheid.
1
Reageer op deze recensie