Lezersrecensie
Verhalen rond een ooievaarsnest
Ik was benieuwd naar dit verhaal omdat ik de laatste tijd op zoek ben naar boeken met waargebeurde verhalen.
Een dagboek over een ooievaarsnest op het dak van een boerderij leek mij prima bij deze wens passen.
Nu ik het boek heb gelezen merk ik dat ik het lastig vind om er een recensie over te schrijven. Ik denk dat dit komt omdat het verhaal geen doorlopend verhaal is met een begin, een midden en een eind. Het leest een beetje hap-snap, maar het is dan ook een dagboek. Het dagboek bestrijkt de periode februari 2021 – februari 2022. Marijn O’Hanlon schrijft bijna dagelijks in haar dagboek over het leven van de ooievaars in het nest op het dak van hun vrijstaande boerderij in Drenthe. Het is geen wetenschappelijk betoog. Daardoor is het verhaal heel toegankelijk. Marijn O’Hanlon beschrijft wat ze ziet bij de ooievaars, maar ze vertelt ook over andere vogels, insecten en overige dieren in hun tuin en niet te vergeten over Bertus de kat.
Tussen alle waarnemingen door geeft ze inkijkjes in haar leven samen met echtgenoot Redmond O’Hanlon en in de contacten met buren, waaronder de eigenaren van een ooievaarsstation in de buurt. Maar steeds keren de verhalen terug naar het ooievaarsnest op het dak, dat als een rode draad door het dagboek heen loopt. In de laatste dagen van het dagboek (februari 2022) vertelt Marijn O’Hanlon hoe de ooievaars in het nest op hun dak de stormen Dudley en Eunice trotseren. Dit maakte het verhaal voor mij opeens heel persoonlijk omdat wij op hetzelfde moment mijn moeder al wapperend naar haar laatste rustplaats aan het brengen waren.
Het dagboek leest makkelijk en ik merk dat ik door de waarnemingen van Marijn O’Hanlon zelf ook anders naar onze stadstuin en zijn bewoners ben gaan kijken. Bovendien heeft het lezen van het ooievaarsdagboek bij mij het vogelen weer aangewakkerd!
Een dagboek over een ooievaarsnest op het dak van een boerderij leek mij prima bij deze wens passen.
Nu ik het boek heb gelezen merk ik dat ik het lastig vind om er een recensie over te schrijven. Ik denk dat dit komt omdat het verhaal geen doorlopend verhaal is met een begin, een midden en een eind. Het leest een beetje hap-snap, maar het is dan ook een dagboek. Het dagboek bestrijkt de periode februari 2021 – februari 2022. Marijn O’Hanlon schrijft bijna dagelijks in haar dagboek over het leven van de ooievaars in het nest op het dak van hun vrijstaande boerderij in Drenthe. Het is geen wetenschappelijk betoog. Daardoor is het verhaal heel toegankelijk. Marijn O’Hanlon beschrijft wat ze ziet bij de ooievaars, maar ze vertelt ook over andere vogels, insecten en overige dieren in hun tuin en niet te vergeten over Bertus de kat.
Tussen alle waarnemingen door geeft ze inkijkjes in haar leven samen met echtgenoot Redmond O’Hanlon en in de contacten met buren, waaronder de eigenaren van een ooievaarsstation in de buurt. Maar steeds keren de verhalen terug naar het ooievaarsnest op het dak, dat als een rode draad door het dagboek heen loopt. In de laatste dagen van het dagboek (februari 2022) vertelt Marijn O’Hanlon hoe de ooievaars in het nest op hun dak de stormen Dudley en Eunice trotseren. Dit maakte het verhaal voor mij opeens heel persoonlijk omdat wij op hetzelfde moment mijn moeder al wapperend naar haar laatste rustplaats aan het brengen waren.
Het dagboek leest makkelijk en ik merk dat ik door de waarnemingen van Marijn O’Hanlon zelf ook anders naar onze stadstuin en zijn bewoners ben gaan kijken. Bovendien heeft het lezen van het ooievaarsdagboek bij mij het vogelen weer aangewakkerd!
1
Reageer op deze recensie