Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Gerrie en Arthur Japin leiden ons door Rome

op 29 januari 2019 door

Wil gaf het goede voorbeeld met haar stedentrip naar Parijs, en wie meldde er zich als volgende aan om ons te begeleiden op een trip door haar favoriete stad, Rome? Gerrie Oreel, die ook een vriendin is van de Leesclub, wilde ons graag aan de hand van een boek van Arthur Japin, De droom van de leeuw, aan de hand nemen en ons door Rome gidsen aan de hand van enkele boeken. Lees hieronder haar verslag!

Tekst en foto's: Gerrie Oreel
Intro en Outro: Nathalie
Banner: Anne

 8a90a8ec37073750da599c6a3992830f.jpg

Het was even een gepuzzel hoe ik deze imaginaire reis door Rome vorm zou gaan geven.

Om ook niet teveel informatie in één reis te stoppen heb ik ervoor gekozen om uit te gaan van het boek van Arthur JapinDe droom van de leeuw. Dit boek leverde mij associatieve gedachten op aan de volgende boeken: In het zwart van de spiegel geschreven door Peter Delpeut, Rome van Rosita Steenbeek, De Komedianten in de onnavolgbare schrijfstijl van Louis Couperus en De scharlaken stad door Hella S. Haasse.

Op mijn literaire reis door Rome laat ik me om te beginnen aan de hand nemen door Arthur Japin in zijn boek De droom van de leeuw.
“Het wezen van Rome, mijn Rome dat mij ontroert en opwindt is niet te vinden op het Forum of in de paleizen, niet in de onsterfelijke kunstwerken aan de wanden van haar kerken en museumgalerijen. Nee de essentie van de Eeuwige Stad ligt onopvallend verspreid over de buitenwijken en het platteland rondom.  …. Je vindt ze overal: op het eerste gezicht zien ze eruit als een hoop afval, als een berg bakstenen overwoekerd door onkruid of als afgebrokkeld stucwerk waarin ragazzi (red: Italiaans voor kinderen of jeugdigen) hun namen hebben gekrast. …. Dit is het antieke Rome dat niemand interesseert. Het zijn meestal ook maar onooglijke brokken in de Campagna Romana, tussen de moderne wijken, langs de snelwegen en op de akkers. … In deze brokstukken ligt de hele geschiedenis van Rome besloten”.

Het verhaalt gaat over een jonge Nederlandse acteur en actrice die hun geluk in Rome gaan beproeven. Daartussendoor speelt het levensverhaal van de regisseur Snaporaz. Hij vertelt over zijn Rome, zoals in het bovenstaande citaat.

Snaporaz wil de film van zijn leven maken. Hij vindt echter geen mensen die hem financieel willen steunen. Dus doet hij ook klein filmwerk.

“Het hoofdkantoor van de Banco Ambrosiano is gevestigd aan de achterkant van het Vaticaan, tussen station Sint-Pieter en de Via Duodo. Vanuit het raam van de reclame-afdeling zie ik over de Leonische muur de zon weerkaatsen op fonteinen in de Vaticaanse binnentuin”.  Zoals uit het voorgaande blijkt wordt hij gevraagd een reclamefilm te maken voor onder andere de Bank van het Vaticaan en daar bedenkt hij echt iets meesterlijks voor.

Arthur Japin weeft de levens van Maxim en Gala, de hoofdpersonen moeiteloos in elkaar met dat van Snaporaz, de beroemde regisseur. En je hoeft geen kenner te zijn van regisseurs om wel in te kunnen vullen wie er met Snaporaz wordt bedoeld. Als je het niet weet kun je een kijkje nemen op de website van Arthur Japin, daar wordt een tip van de sluier opgelicht. Tevens vind je daar het filmfragment dat wordt beschreven in Deel vijf, Director's cut, take 2, in het boek.

Maxim en Gala kunnen zich geen hotel veroorloven, dus gaan ze op zoek naar een goedkoop onderdak dat ze vinden in de buurt Parioli.

“Deze wijk met zijn ambassades en musea is een van de beste wijken van de stad. De tuinen van de villa's, die in de vorige eeuw gebouwd zijn tegen de hellingen van de Valle Giulia, lopen over in het park van Villa Borghese. De Via Marcello Mercatile blijkt een van de rustige straten achter het museum voor moderne kunst te zijn.  … Nummer 17 is van de weg af nauwelijks te zien. … Het huis is in verval”.

Er is meer in verval, namelijk ook het geweten van de eigenaar van het huis. Hij bedreigt Gala. Zelfs zo erg dat Gala een ander onderkomen wil hebben. Snaporaz vindt een appartement voor haar. “Het appartementje is niet meer dan een kloostercel. Het zit verborgen achter in een kerk, ingeklemd tussen het transept en het dak boven het altaar. Daar wentelt het zich rond twee steunberen, waardoor de leefruimte verdeeld is over drie niveaus. Op de ene is ruimte voor een bed, op het andere plaats voor een bureautje en daartussen is een verloren hoekje met een eenvoudige stoel bij een tafeltje waarop een telefoon is geplaatst. Gelukkig is er een klein terras, dat aan één kant wordt afgesloten door het kleurige glas van een groot glas-in-lood-raam boven het allerheiligste, met de voorstelling van Madonna met kind”.
“Gala was mijn fantasie, maar zij was er aan toe in zichzelf te geloven. Ik heb met haar niet meer gedaan dan ik met Rome zelf deed. Ik heb een schijnwerper op haar gericht. … Dat ís liefhebben. Dat is wat mensen minnaars maakt. ... De figuren in de commedia dell'arte droegen maar één masker. Daarmee konden ze alles uitdrukken, verdriet en blijdschap, droefheid, trots, verslagenheid, alleen door het wenden van hun hoofd. Het masker veranderde niet, alleen de lichtval. …. In dit licht nu zal Gala haar mogelijkheden ontdekken”.

Maxim wordt meegenomen door de burggraaf Sangallo naar de Sixtijnse Kapel, terwijl die niet open is voor bezoekers, en er steigers in staan voor de restauratie waardoor ze tot bij de schildering kunnen komen.

De eerste associatie die ik had bij het lezen van De droom van de leeuw was met In het zwart van de spiegel. De hoofdpersoon gaat naar Rome en zoekt naar aanleiding van een Claudespiegel naar sporen van de schilder Claude Lorrain in Rome. Het verhaalt over de woning van Claude in de Via Margutta te Rome, aan de voet van de heuvel die honderd jaar later met de Spaanse Trappen zou worden geplaveid. Hij beschrijft palazzo's, de Vigna Madama, de Piazza del Popolo, heel veel plaatsen waar Claude Lorrain in de 17e eeuw gelopen heeft en die nu nog steeds traceerbaar zijn. Je zou zo zijn voetsporen kunnen volgen. Hij bezoekt het huidige Vigna Madama en beseft: dit was wat Claude zocht. “Claude wilde de veranderlijkheid van de natuur vastleggen. Niet van de eeuwen, jaren, seizoenen of dagen, maar een onbestendigheid die niet langer duurt dan een fonkeling, de gewaarwording dat alles beweegt, ademt. De natuur als een tinteling, een energie die onder je huid haar weg zoekt, een zindering, niet per se uitbundig, maar voelbaar, zichtbaar in de fluistering van het gebladerte, tot leven gebracht door het grootste wonder van alles: de lichtbron van het leven, de zon”. De hoofdpersoon spreekt af op het Piazza Augusto Imperatore. Hij wandelt langs loodrecht oprijzend marmer die hem doet denken aan de door Musolini ontworpen buitenwijk voor de wereldtentoonstelling in 1942. De Piazza Augusto Imperatore doet hem ook terugdenken aan een eerder bezoek aan Rome rond 1978 toen hij er was met een geliefde H. die hij daar spoorloos is kwijtgeraakt.

701692ee36e58a0d6e28bce2a242f7df.jpgHij wandelt over de Via Appia, alles wordt filmisch beschreven, echt dat boek laat je gewoon allerlei stukjes van Rome beleven alsof je er zelf doorheen wandelt. De hoofdpersoon wil graag ook door de door Claude geschilderde Campagna lopen... hier is een probleem mee... die hebben ze in de loop van de voorbije eeuwen volgebouwd, dus de aanblik die het indertijd bood aan Claude ga je er nu niet meer vinden.

Claude vormt een rode draad in het boek en in het leven van de hoofdpersoon. Hij reist ook nog naar landschapsparken in Engeland omdat ook daar sporen van Claude terug te vinden zijn, als levend geworden schilderijen van hem. Doorheen het Claude-verhaal verweven, zit natuurlijk het verhaal van de hoofdpersoon en het hele boek door lees je erg veel over kunstschilders uit de tijd van Claude Lorrain of latere architecten en landschapsarchitecten die zich hebben laten inspireren door zijn schilderijen.

 

424fc0bb1c859c4acd8dc98ef87c0c40.jpgDe tweede associatie die ik had, was De scharlaken stad geschreven door Hella Haasse: Het Vaticaan. Ook niet onbelangrijk als je door Rome wandelt. Daar kun je wel omheen, maar niet echt. Je wilt daar toch wel even naar kijken. Dit boek neemt je mee naar alle intriges en gekonkel zowel in het Vaticaan als tussen alle hertogen en hoogwaardigheidsbekleders, koningen en keizers, alle heersers in de 16e eeuw. Het beschrijft het verval van de stad. De grootsheid brokkelt af. De hoofdpersoon is Giovanni Borgia, die diverse diverse hoogwaardigheidsbekleders diende. In het boek komen we de grote namen tegen van Machiavelli, Michelangelo, Savonarola. Er wordt een gedeelte gewijd aan Michelangelo's gevecht met zijn eigen scheppingen, onder andere de wervelende voorstellingen in de Sixtijnse Kapel.

b703370448a52c4458fb903e8b583f79.jpgDe derde associatieve gedacht bracht me bij De Komedianten van Louis Couperus. Hier word je meegenomen naar de smallere straten van Rome, de Subura, de rosse buurt, waar de komedianten leven en werken. Veelal zijn zij te vinden in de goedkopere gelegenheden van de steden die zij bezoeken zo ook in Rome waar ze een tijdlang verblijven. Niets is de troep Kommedianten vreemd, dat niet ook in onze tijd speelt. Je moet ook zorgen dat er aankondigingen komen. “Hij liep nu het Argiletum op, waar de boekenwinkels waren en den winkel van Tryfo binnen. Reeds had hij afgesproken met Tryfo, dat hij hem zijn tituli (red: aanplakbiljet met de naam van het stuk en de uitvoerende artiesten) leveren zoû, om aan te plakken op de hoeken der straten en Thermen”.

Vanuit de Subura liep je namelijk via het Argiletum naar het Forum Romanum, het was indertijd een hoofdroute. Ook nu kun je deze wandeling nog maken, alleen word je langs het Colosseum gestuurd om bij de huidige toegang van het Forum Romanum te komen. Het boekje heb ik gevonden op internet, dus ik heb hiervan geen fysiek exemplaar, vandaar dat het ook ontbreekt op de foto van de beschreven boeken. Het telt 370 bladzijden en is een heel ander werk dan De Stille Kracht van Louis Couperus. Het geeft je een inkijk in het leven van de rondreizende acteurs. En neemt je mee naar een veel ouder Rome. Ook hier tref je de duidelijke volzinnen van Couperus. Het leest als een film. Alles tot in detail beschreven. Je kunt zo meewandelen door Rome.

6e4909e12ad5064faacec96c5b22cd61.jpgEn als vierde en laatste een associatie met een meer eigentijds werk: Rome door Rosita Steenbeek. Zij is een heldere vertelster, waarbij je jezelf ook op de plaats waant waar zij je op dat moment over vertelt. Zij is Rome-kenner, woont er en kan zeer boeiend en filmisch vertellen. Wat ik zelf altijd een plus vind, is een boek dat begint met een kaart. In dit geval begint het zelfs met twee kaarten: eentje van het oude Rome van rond 2000 jaar geleden en eentje van het huidige centrum van Rome. Het maakt het wat eenvoudiger je voor te stellen waar je je op dat moment bevindt. “Elke keer heb ik weer dat gevoel van thuiskomen. Ook toen ik voor het eerst in Rome arriveerde. Veel mensen hebben dat, niet alleen wanneer ze zijn opgegroeid met de klassieken”. Zij beschrijft het appartementje waar ze woont en dat is voor mij echt dé link met De droom van de leeuw, het appartementje dat Gaia betrekt.

Verderop in het boek refereert ze aan de oude komediedichters Plautus en Terentius waar ik veel plezier om heb gehad bij het lezen van de Kommedianten. En ze neemt je echt bij de hand om je het oude en het daarboven op gebouwde nieuwe (huidige) Rome te laten zien. “Hier staan we ongeveer ter hoogte van de zevende tree. Het antieke Rome ligt twee tot twaalf meter onder het Rome van vandaag. Door overstromingen van de Tiber kwam er iedere keer een laagje modder overheen, maar ook aardbevingen en nalatigheid van mensen die geen puin ruimden, hoogden het niveau van de stad geleidelijk op.” Zij krijgt een rondleiding en staat dus in het theater van Pompeius, in het huidige Rome terwijl haar gids een beeld schetst hoe het theater in volle glorie er heeft uitgezien. Ze heeft veel vrienden gemaakt in Rome, een daarvan is Valentina. Zij is chef-kok maar in haar vrije tijd gaat ze op zoek naar schatten uit de oudheid in de Tiber. Ze kent veel fiumaroli (mensen die oudheidkundige schatten zoeken om ze te verhandelen). Ze wandelen langs de Tiber en het Tiber eiland met het ziekenhuis. Dit is al eeuwen zo, de tempel die er stond was gewijd aan Asclepius de halfgod van de geneeskunde.

En zo voert ze interessante mensen op die haar vrienden zijn geworden of heeft ze leuke ontmoetingen vooral omdat ze geïnteresseerd is in het oude Rome ontmoet ze ook de nodige onderzoekers, want als je vraagt kom je vaak heel ver. Dit boek heb ik een paar jaar geleden gelezen, vlak voordat ik een bezoek bracht aan Rome. Er waren toen delen in de stad die zeer herkenbaar waren door de manier waarop Rosita ze had beschreven leek het alsof ik er al eerder was geweest.


Ben je nu aangestoken om ons ook mee op literaire trip te nemen, in het zuiden of het noorden, het oosten of het westen? Laat ons dan iets weten op hebbanwelovelit@gmail.com en laat ons weten welke stad jij graag wil bezoeken! Wij kijken er naar uit om meer bijdragen van onze vrienden te ontvangen. De leden van de Literatuurclub bekijken of jouw bijdrage past op deze spot, en iemand van ons zal het mee redigeren en plaatsen op onze blog.



Reacties op: Gerrie en Arthur Japin leiden ons door Rome

Meer informatie

Gerelateerd

Over

Arthur Japin

Arthur Japin

Arthur Japin (1956) studeerde enkele jaren Nederlandse taal-en letterkunde en do...

Peter Delpeut

Peter Delpeut

Peter Delpeut (1956) studeerde aan de Nederlandse Filmacademie. Hij is in d...

Rosita Steenbeek

Rosita Steenbeek

Rosita Steenbeek wilde aanvankelijk haar familietraditie voortzetten en dominee ...

Louis Couperus

Louis Couperus

Louis Couperus was een van Nederlands grootste romanciers en een van de eerste v...

Hella S. Haasse

Hella S. Haasse

Hella Haase groeide op in Batavia, in het toenmalige Nederlands-Indië. Ze s...