Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Poezie mauw #11: Het laatste Poëziegeschenk?

op 15 februari 2020 door

De CPNB heeft besloten volgend jaar ter gelegenheid van de Poëzieweek geen gratis Poëziegeschenk meer uit te brengen. Alsof poëzie niet belangrijk is. Maar het zal de commercie wel zijn die tot dit besluit heeft geleid. Want hoeveel poëzie wordt er verkocht? Alweer een dip op literair gebied. Eerder dit jaar sneuvelde ook al het gezaghebbende programma ‘Boeken’ van de VPRO.

Door: Nathalie Brouwers, Anne Oerlemans en Jan Stoel

Banner: Anne Oerlemans

7c7e03a8d115231ad9fc3c48c59459d5.jpg

De bundel van dit jaar, met als titel 10 Dichters Nu laat een bloemlezing zien van tien gedichten van tien dichters uit Nederland en Vlaanderen. “De dichters staan aan het begin van hun carrière maar hebben hun sporen al ruimschoots verdiend. "Maak kennis met de poëzie van de toekomst. De toekomst is nu!”, staat te lezen op de achterflap van het bundeltje. Daarmee is meteen de titel van de bundel verklaard. Het zijn tien heel verschillende dichters: Akwasi, Dean Bowen, Charlotte Van den Broeck, Radna Fabias, Max Greyson, Carmien Michels, Roelof ten Napel, Marieke Lucas Rijneveld, Maud Vanhauwaert en Siel Verhanneman. Vier dichters uit Vlaanderen, zes uit Nederland. Van iedere dichter is helaas maar één gedicht opgenomen. Jammer is het ook dat de dichters geen opdracht hebben gekregen voor een nieuw gedicht, maar dat veelal gekozen is uit al gepubliceerd werk. Gedichten kun je lezen, maar een dichter die zijn/haar eigen werk voordraagt is nog mooier. Zeker als het gaat om slam poetry. Toch bevalt ons de bundel. Zo’n eerste kennismaking met een dichter die je nog niet zo goed kent smaakt immers naar meer. Wij van Literatuur onder de loep blijven poëzie lezen!

In onderstaand artikel hebben we ieder twee gedichten uitgekozen die we nader onder de aandacht willen brengen. Het moet gezegd worden dat er wel wat overlap zit in de voorkeuren. Daar waar mogelijk hebben we de voordracht en een filmpje of de tekst van het gedicht toegevoegd. Lees en geniet.

De keuze van Nathalie:

Maud Vanhauwaert – Er komt een vrouw

5702fb423d1d28ccb81a52da3d3da56f.jpgMaud Vanhauwaert (Veurne, 1984) was stadsdichter van Antwerpen voor 2018 en 2019. Waarschijnlijk was ze zowat de creatiefste van het al mooie rijtje stadsdichters van Antwerpen tot hier toe. Ze maakte publicaties, performances en installaties waar bezoekers en toevallige voorbijgangers van konden genieten.  Ook van haar is er een gedicht opgenomen in deze bundel. De titel is ‘Er komt een vrouw’ en bevat de titel van haar bundel Wij zijn evenwijdig (2014) waarvoor ze de Hughues C. Pernathprijs en de Publieksprijs van de Herman De Coninck- wedstrijd gekregen heeft.

In het gedicht ‘Er komt een vrouw’ vindt de dichteres een partner: “Er komt een vrouw naar mij toe. Ze zegt / ‘wij zijn evenwijdig, raken elkaar in het / oneindige, laten we rennen’. “  Daartegenover vraagt de dichteres zich af of ze niet moeten wachten i.p.v. rennen, eerst afwachten en nadenken en dan pas een eerste stap nemen. Maar de andere vrouw wil niet wachten, ze haken de armen in elkaar tot een ‘lemniscaat’ en nemen samen die reusachtige eerste stap, en dan gaan ze rennen. De liefde is gevonden volgens mij. En het leven is samen te leven. En ze zwaaien samen met hun armen, in een maat die bij hen past.

De inhoud en het snelle ritme van het gedicht spreken me aan, het ‘bekt’ erg goed. Dit gedicht is eenvoudig en vrij kort, maar ook erg suggestief. Het zegt wat over hoe het leven in te duiken, niet te veel te denken maar het leven samen aan te vatten. Maud beweert over zichzelf soms dat ze niet echt ‘talig’ is. Niet talig? Dit gedicht toont toch haar schrijfkunst, en ook haar debuutbundel Ik ben mogelijk loont al echt de moeite. Maar vooral ook haar optredens. Haar performance, de manier waarop ze haar gedichten brengt op het podium, hoe ze mensen mee krijgt met alles wat ze wil doen, is écht niet te versmaden. Een heel spontane en sympathieke vrouw die al heel wat prachtige projecten op haar conto heeft.

Maud Vanhauwaert draagt Er komt een vrouw voor 

Roelof ten Napel - machine

450138bdf9a2a11d6430cc8a14b95f50.jpgRoelof ten Napel (Joure, 1993) kende ik nog niet, maar brak als dichter met zijn poëziedebuut Het woedeboek in 2019 door, waarvoor hij nominaties voor de Grote Poëzieprijs, de C. Buddingh’-prijs en de Poëziedebuutprijs Aan Zee in de wacht sleepte.

machine is ook een liefdesgedicht. Maar in dit geval is het een gedicht waarin afscheid wordt genomen van een geliefde. De verteller zal zich ontmantelen maar enkel als het er tijd voor is: “en als ik zie dat je rust hebt / zonder mij / dan zal ik me ontmantelen - / het mechanisme van mijn afscheid / kent je naam, kent je houdingen

Zal hij sterven of haar gewoon verlaten? Beiden zijn mogelijk volgens mij. Dat wordt niet helemaal duidelijk uit de tekst. Maar ook hier zit er in 3 paragrafen weer enorm veel in, en ontwaar ik echte gevoelens tussen de zinnen en woorden door. Het gedicht raakt me, ik kan er soms moeilijk de vinger opleggen waarom. Het is kort, toegankelijk, en universeel. Dit gedicht heeft me nieuwsgierig gemaakt. Ik ben benieuwd geworden naar hoe hij zijn woede omzet in woorden. Een mens moet zich kunnen uitdrukken, anders word je een vat emoties dat kan gaan bubbelen en broebelen als het onder stoom komt. Stoom aflaten in woorden, op één of andere manier, is altijd beter. En hier heeft hij dat ook gedaan.

Roelof ten Napel - Machine. Tekst (bron Hebban)

De keuze van Jan:

Charlotte Van den Broeck - VIII

46703c80b3091cef8715858f805c5cc3.jpgCharlotte Van den Broeck (Turnhout, 1991) debuteerde in 2015 met haar bundel Kameleon en won er de Herman de Coninck Debuutprijs mee.

VIII is het openingsgedicht uit haar tweede bundel Nachtroer. Ik heb de gesigneerde (uiteraard) bundel er even bijgenomen. VIII maakt onderdeel uit van een cyclus van acht gedichten in deze bundel. Ze zijn een terugblik op een liefdesgeschiedenis die niet goed afgelopen is. Het gaat om een stukgelopen jeugdliefde van Van den Boeck. Die relatie duurde acht jaar, vandaar ook acht gedichten. De cyclus begint bij VIII en eindigt met I (ieder gedicht telt twaalf regels) en eindigt dus met de kennismaking van de twee geliefden en het begin van hun liefde. Het is bijzonder om zo’n liefdesgeschiedenis in de omgekeerde volgorde te lezen. 

In VIII is de relatie is ten einde, ondanks pogingen die te redden: ‘stootblauw het vel.’ De dichteres vraagt zich af hoe het toch komt.: ‘wat faalt in ons.’ Dat falen is trouwens een thema dat wel meer in haar werk voorkomt, denk aan haar prozawerk Waagstukken over architecten die faalden en de hand aan zichzelf sloegen, maar ook over haar eigen onzekerheden en streven naar perfectie.

Het gedicht VIII wordt steeds persoonlijker. Eerst worden de bezittingen worden verdeeld: het huis laat zich verdelen in bananendozen en bezittelijke voornaamwoorden. De poëzie is niet meer toereikend voor de dichteres om het falen in de relatie te beschrijven: ‘en ja, de poëzie, die juist nu hardnekkig staat te zwijgen’. In de laatste drie regels van het gedicht gebeurt er iets bijzonders:

weet nu dat rouw begint bij het stoten van de elleboog
en doortrekt tot in de vingertoppen
om nieuwe aanrakingen vooraf te verdoven.

Het stoten van een elleboog lijkt iets voorbijgaands. Maar de beëindiging van de relatie heeft verderstrekkende gevolgen. De rouw trekt door tot in de vingertoppen en in de laatste regel laat de dichteres zien bang te zijn voor ‘verliefdheden in de toekomst’: nieuwe aanrakingen lijken vooraf te verdoven. Het einde van de relatie is dus meer dan een kwetsuur van voorbijgaande aard.

Charlotte Van den Broeck gebruikt herkenbare beelden en verbindt die met emoties. Voor mij doet ze de taal zingen.

Charlotte Van den Broeck draagt VIII voor

Marieke Lucas Rijneveld – Instabiele pengreep

50fbc0583f372fca09f9ceb6da44690b.jpgNet als Charlotte Van den Broeck debuteerde Marieke Lucas Rijneveld (Nieuwendijk, 1991) in 2015 met een dichtbundel. Kalfsvlies werd bekroond met de C. Buddingh’-prijs voor het beste poëziedebuut. Het gedicht in Nu is afkomstig uit Fantoommerrie, haar tweede bundel, met die opvallende cover. Marieke schrijft over dingen die heel dicht bij zichzelf staan, vertelde ze tijdens een lezing die ik bijwoonde. Dat gold ook voor het gedicht Instabiele pengreep. Ook nu heb ik het gesigneerde exemplaar erbij genomen.

Toen ik dit gedicht las en de woorden rozijnen en fazanten zag, dacht ik meteen terug aan de tijd toen ik als schoolmeester voor de klas stond. Ik genoot altijd van het voorlezen en een favoriet boek daarbij was Daantje de Wereldkampioen van Roald Dahl met daarin de briljante methode om de fazanten te vangen met ‘gedrogeerde’ rozijnen.

In dit gedicht dat bestaat uit negen tweeregelige strofen en een afrondende zin gaat Marieke Lucas Rijneveld terug naar haar schooltijd. Als je dit gedicht leest zie je Marieke in de klas zitten en luisteren naar de meester of juf die het boek van Roald Dahl voorleest. Vervolgens tekende ze ‘taalschriften vol met fazanten’. Tja, taalschriften zijn daar niet voor bedoeld. De titel van het gedicht ‘instabiele pengreep’ verwijst ernaar dat het met het personage uit het gedicht (Marieke) niet altijd even goed ging: ‘dat ze meer kanten heeft dan een Rubiks Kubus maar geen één de juiste kleur’.  De fantasie die in het boek van Dahl zit heeft veel betekend voor de dichteres, niet voor niets komt het woord fazanten negen keer voor in het gedicht. Ze is door de fantasie in het verhaal gaan schrijven: ‘haar potlood inruilen voor een vulpen, haar instabiele / pengreep voor vooruitgang, de fazanten voor fantasie, rozijnen voor / dromen’  In de laatst regels schrijft ze : ‘zonder die fazanten was er / helemaal niets van haar terechtgekomen’. Je voelt in het gedicht wat het verhaal van Dahl bij haar doet. Dit gedicht ga je onwillekeurig steeds sneller lezen. Ze ontdekt dat ze door haar fantasie honger krijgt om te schrijven. De kracht van het gedicht zit hem er ook in dat de dichteres door een persoonlijk verhaal iets universeels raakt. Dat je een kleine haakje nodig hebt om perspectief te krijgen in je leven. Wat mij betreft mag Marieke doorgaan met het schrijven van heerlijke gedichten.

 

De keuze van Anne:

10 dichters van nu, samen in een bundel die de poëzie onder de aandacht moet brengen. Ik vind het een fantastisch idee (natuurlijk zijn er veel kanttekeningen te maken, je moet bijvoorbeeld eerst al een poëziebundel kopen om dit geschenk in handen te krijgen, wat nogal een drempel is voor velen kan ik me voorstellen), maar ik vind deze vorm zoveel leuker dan één bundel van een gerenommeerde dichter die zijn publiek al zo’n beetje bereikt heeft.

Jonge dichters, ze bestaan wel degelijk en in Nu maakt de lezer in vogelvlucht kennis, wellicht iets te vluchtig. De zestien pagina’s met elk één gedicht zijn wat karig om de liefde voor poëzie aan te wakkeren, maar hé, laat dat het enthousiasme niet de kop indrukken!

Het lezen van de bundel benadrukt maar weer eens hoe persoonlijk poëzie is en het is heel tof om te zien dat tien verschillende dichters op zo’n verschillende en eigenzinnige manier met taal om kunnen gaan. Sommige gedichten spreken je aan, anderen iets minder of zelfs helemaal niet en dat is ook helemaal niet erg. Nieuwe kennismakingen leiden in sommige gevallen wellicht zelfs tot meer.

Welke gedichten (en daarmee dichters) spraken mij meteen aan?

-        VIII – Charlotte van den Broeck

-        LXXVIII – Carmien Michels

-        Machine – Roelof ten Napel

-        Instabiele pengreep – Marieke Lucas Rijneveld

 

Van Roelof ten Napel en Marieke Lucas Rijneveld las ik al meer werk, zowel proza als poëzie en ook in Nu springen ze er voor mij uit. Ik ben minder bekend met het werk van Charlotte van den Broeck en Carmien Michels, hoewel hun namen mij zeker niet onbekend zijn. Naar aanleiding van het lezen van dit poëzieweekgeschenk lees ik binnenkort in elk geval graag meer van hen.

Roelof ten Napel - machine

450138bdf9a2a11d6430cc8a14b95f50.jpgMachine is een afscheid. Een gedicht dat mij meteen doet denken aan de voordrachten op een uitvaart, maar het zit zeker ook vol liefde. Om dat allemaal op te roepen in een paar regels, een paar woorden eigenlijk, vind ik heel erg knap en pakkend. In Het Woedeboek, een dichtbundel van Ten Napel die in 2018 verscheen staan thema’s als geloof, de dood, wilde dieren, vuur, verdriet, afscheid en vergankelijkheid centraal. De sfeer van dit losse gedicht, machine, zonder enige context is heel anders dan wanneer deze ingebed zou zijn in een bundel waarin deze thema’s de hoofdrol spelen. De symboliek is in dit gedicht veel minder prominent aanwezig en tegelijk blijft onduidelijk van wie nu precies afscheid wordt genomen, wat het gedicht des te universeler en daarmee aansprekender maakt.

Charlotte van den Broeck - VIII

46703c80b3091cef8715858f805c5cc3.jpgEen romeins nummer als titel komt vaak voor bij dichters, maar ik vind het toch altijd een beetje vreemd, zeker omdat het in deze bundel lijkt alsof (en waarschijnlijk is het zo) het gedicht helemaal uit zijn context gevallen is. Maar VIII maakt nieuwsgierig naar meer. Wederom een gedicht over een afscheid, afscheid van een geliefde, maar minder definitief dan het afscheid van een overledene. Een stukgelopen relatie, een huis dat zich ‘laat verdelen in bananendozen’, de beeldspraak is overduidelijk en treffend. Herkenbaar en tegelijk vervreemdend zoals poëzie dat kan zijn en dat maakt dit gedicht zo indrukwekkend. Het is niet abstract genoeg om de lezer helemaal in het diepe te gooien, maar hoe beter je kijkt, hoe dieper de boodschap lijkt te worden.

 



Reacties op: Poezie mauw #11: Het laatste Poëziegeschenk?

Meer informatie

Gerelateerd

Over

Charlotte van den Broeck

Charlotte van den Broeck

Charlotte Van den Broeck (1991) debuteerde begin 2015 met Kameleon, waarvoo...

Roelof ten Napel

Roelof ten Napel

Roelof ten Napel (Joure, 1993) is schrijver. Hij debuteerde in 2014 met Constell...

Maud Vanhauwaert

Maud Vanhauwaert

Maud Vanhauwaert (1984) is een Vlaams dichteres en actrice. Vanhauwaert studeerd...

Lucas Rijneveld

Lucas Rijneveld

Lucas Rijneveld (1991) geldt als een van de grootste talenten van de Nederlandse...