Plezierig Drama in 'Stenen Eten' van Koen Caris
De auteur
Koen Caris (1988) studeerde vanaf zijn 19e Writing for Performance aan de HKU. Vanaf dat moment begon hij serieus te schrijven voor toneel en radio. Dat leverde hem verschillende nominaties en prijzen op. Zo was hij onder andere in 2012 winnaar van het Café Theater Festival met het stuk 1924- Ergens tussen Denver en Colorado Springs en in 2017 won hij met Mijn Het Prins Bernhard Cultuurfonds TheatertekstTalent Stipendium. Dat is een hele mond vol en een reden om eens goed voor deze schrijver te gaan zitten en -niet te vergeten- te klappen, want in 2016 won hij de Grand Publieksprijs Amsterdam Fringe Festival met Klapvee.
Het schrijven van proza is iets van de laatste jaren. Aan Stenen Eten, zijn debuutroman, is hij al jaren geleden begonnen. De lockdowns en de bijbehorende leefvertraging hebben hem geholpen bij het schrijfproces omdat zijn dagen opeens veel leger waren. Dat maakte het mogelijk om inhoudelijk meer de diepte in te gaan waardoor het boek beter is geworden.
Opvallend is dat zowel Mijn, 1924- Ergens tussen Denver en Colorado Springs als Stenen Eten zich afspeelt in vergeten dorpjes. Deze vindt hij heel interessant omdat mensen in kleine gemeenschappen meer van elkaar afhankelijk zijn waardoor er meer interactie is. Bovendien denken de inwoners- vaak onterecht- dat ze elkaar goed kennen. Deze elementen verhogen het drama en dat komt de schrijver goed uit.
Stenen eten is daarnaast geïnspireerd door zijn eigen jeugd. De dood van zijn halfzus toen hij negen was en de zoektocht naar zijn geaardheid hadden een flinke impact op zijn leven. Hij vond het spannend om over deze dingen te schrijven omdat ze zo dicht bij zijn eigen persoon lagen. Maar de elementen heeft hij zo verhaspeld en door elkaar gehusseld dat de uiteindelijke roman pure fictie is geworden.
Schrijven vindt Koen Caris naar eigen zeggen ‘wel héél erg leuk’. Dat hij op die manier stukjes van zichzelf kan delen, en dat zijn baan mag noemen, is iets waar hij nog steeds heel dankbaar voor is.
Om een goed schrijver te worden moet je ook veel lezen, aldus Caris. Zijn lievelingsschrijvers zijn momenteel Emma Cline, Virginia Woolf, Michael Cunningham en Johan Harstad.
A home at the end of the world van Cummingham zou je een favoriet kunnen noemen. De auteur las het voor het eerst toen hij twintig was en sindsdien herleest hij het vrijwel elk jaar opnieuw. De personages van Cunningham hebben zijn bewondering omdat ze zo levensecht en gelaagd zijn: ze voelen nog echter aan dan mensen van vlees en bloed.
De cover
Te midden van een veld coniferen ontwaren we een vrouwengestalte met een goudblond, perfect geknipt kapsel. Ze staart naar een huis dat zich achter een dikke haag met coniferen bevindt. Verstopt ze zich in de bosschage? En waarom staat ze daar en hoe oud is ze? Is ze wat van plan? Het lijkt niet helemaal pluis zo’n perfect uitziend meisje dat goudglanzend uittorent boven de bomenrij.
De achterkant verklaart het blond gekapte hoofd ten enenmale niet. Ene Ben is de hoofdpersoon en hij heeft verdriet om zijn zus die drie jaar geleden een eind aan haar leven maakte. Een hittegolf en een reeks nieuwe zelfmoorden porren de in Ben broeiende en weggestopte gevoelens hoog op. Maar hij wil er niks mee te maken hebben. Kan hij zich afzijdig houden van alles wat om hem heen gebeurt?
De omschrijving op de achterflap maakt me nieuwsgierig naar het mysterie omtrent de zelfmoord. Het raakt ook aan het besef van kwetsbaarheid en hoe moeilijk het kan zijn om mens te zijn. Ik leef nu al met Ben mee.
De recensie
Na een heftige proloog begint het schrijnende verhaal van Ben, de jongere broer van Kim die een einde aan haar leven maakte. Het is inmiddels drie jaar geleden maar Ben en zijn moeder zijn nog steeds in rouw. Hun leven is gebouwd op drijfzand en bij het minste of geringste zakken ze er doorheen. Wanneer ook klasgenoot Emma zelfmoord pleegt neemt de spanning bij Ben toe. De eindexamens en het broeierige weer dragen niet bij aan zijn gemoedsrust en ook de andere leerlingen raken van slag door de nieuwe zelfmoord. En daar blijft het niet bij, er is iets in gang gezet wat niet te stoppen lijkt.
‘Uit welk hout ben jij gesneden?
Ik voel me niet uit welk hout dan ook gesneden, eerder uit papier-mache’
Ben probeert te midden van alle onrust manhaftig zijn hoofd boven water te houden door zich onzichtbaar te maken. De tactieken van de stoere NavySeals om martelingen te overleven lijken hem de geëigende manier om zijn middelbare schooltijd te overleven. Erg succesvol zijn deze pogingen niet want naast zijn schuldgevoelens over de zelfmoord zijn er andere dingen waar hij mee worstelt.
‘Een gezin dat met vier begon en met twee eindigt, dat is geen gezin meer. Dat is nevenschade’
Het schrijnende verhaal van Ben, zijn moeder en de dorpsgenoten wordt op puntige en luchtige wijze verteld. Regelmatig roepen zijn gedachten een glimlach of een gevoel van medeleven op. Nergens wordt het te zwaar en toch blijft de voelbaarheid met de pijn behouden.
‘Ik merk dat sommige klasgenoten nu al verschillende soorten verdriet aan het uitproberen zijn’
De schrijver verdeelt de dorpsbewoners in groepen zoals de roddelaars, de achterblijvers en de Parkmeisjes. Hij beschrijft ze als waren het homogene oppervlakkige groepen. Zo hebben de Parkmeisjes allemaal goudblonde haren, dunne ledematen en vlechten ze in het park madeliefjes tot een koord. De individuen in deze groep zijn niet van groot belang voor Ben. Hoewel deze bordkartonnen typering saai kan zijn, werkt het in deze roman tegengesteld. Het versterkt juist de eenzaamheid van Ben en de gapende afgrond tussen hem en de rest van de personages. Zijn lijden wordt schrijnender. Dat hij de gedragingen van zijn medeleerlingen van een afstandje beziet alsof hij er zelf geen deel van uitmaakt, draagt daar aan bij.
‘De stilte waarin ze zich hullen is een mooie jas die ze even aan proberen’
Met mooie metaforen beschrijft hij hoe de leerlingen omgaan met de plotselinge dood die in hun nog prille leven opduikt. Ook over zijn eigen ervaring weet hij te vertellen dat je maar beter overdag kunt denken aan alles wat gruwelijk fout kan gaan in het leven want anders ‘komen ze ‘s nachts op je raam kloppen’.
‘Ma en ik zijn niet goed in samen verdrietig zijn. Daar worden we twee vreemden van’
Maar verwerkt heeft Ben het allemaal niet en ook hij raakt de grip op zijn leven steeds meer kwijt. Hoe heter het wordt hoe extremer de leerlingen tekeer gaan. De feesten worden uitbundiger en Ben voelt zich soms geroepen om iets daartegen te ondernemen maar doet dat niet. Het verhaal wordt steeds enger en destructiever en Koen Caris sleept ons mee in Ben’s onvermogen, zijn angsten en zijn schuldgevoelens. De neiging om Ben eens goed de wacht aan te zeggen, speelt steeds vaker op. Want hoewel hij zich afzijdig houdt van de gevaarlijke heersende en dwingende kuddementaliteit, is er ook vrees om zijn toekomst.
Het goed geconstrueerde plot en de dito opgebouwde spanning vinden hun eind in een gedenkwaardige apotheose. Laat ik het even zeggen: ik hou van Ben.
Zijn er dan ook nog minpuntjes? Jawel, maar niet veel. Ten eerste schept hoofdstuk negen verwarring door de plaatsing van flashbacks. De overgang van de scènes lopen namelijk niet helemaal vloeiend. Eerst gaat het over Kim en het spel en dat zet de lezer op het verkeerde been maar niet op een fijne manier want het wekt bevreemding op. Daarna volgt een sprong naar een scène in het nu maar het blijft gissen waar we zijn omdat we vervolgens naar weer een andere scène vliegen die dáár weer aan voorafgaat. Het kostte drie keer lezen en het was om het heen en weer van te krijgen. Kun je het nog volgen? Juist!
Het tweede punt is dat van de beroering. De schrijver beroert lichtelijk de gevoelens maar het drama hakt er niet echt in. Het blijft bij ontroering terwijl bij dit boek best meer traantjes mogen vloeien.
Stenen Eten van Koen Caris is een roman over traumaverwerking en de weg naar volwassenheid, over de plaats van het individu en de macht van de groep. Het is boeiend, geschreven in luisterrijke taal, lichtvoetig en vol mooie metaforen en lichte humor. Hoofdpersoon Ben weet door alle ellende heen te bekoren en de aandacht vast te houden. Stenen Eten is kortgezegd een plezierig drama.
4 sterren