Josephine O’Leary, achtentwintig, beeldschoon en met een afgetraind Pilates-lichaam, is tot alles bereid om hogerop te komen. Ze bereidt haar klim naar de top in Hollywood voor met de meedogenloosheid van een commando. Niets kan haar daarbij tegenhouden.
De neurotische Carla Trousse uit New York verhuist naar Los Angeles nadat alles in haar leven (inclusief het dak van haar appartement) is ingestort. Met een veel te goede opleiding en veel te weinig werkervaring, heeft Carla geen flauw idee wat ze wil gaan doen. Ze bezit maar één werkelijk talent: kritiek leveren. Als Josephines script de aandacht trekt van de filmwereld, veroorzaakt een onthutsende ontboezeming een knetterende ruzie tussen Josephine en Carla. Terwijl de beide vrouwen de grenzen van hun ambitie ontdekken, verandert wederzijdse weerzin langzaam maar zeker in echte vriendschap.
Kathleen DeMarco beschrijft de gek makende dillema's die iedere vrouw zal herkennen: van de poten die onder hun stoel worden weggezaagd en de waarom-belt-hij-niet frustraties tot de zoektocht naar de zin van een druk leven.
