Neurodiversiteit is een aardige manier om te zeggen dat onze hersenen allemaal anders werken. Het is geen afwijking. Het is geen stoornis. Leuk, kan iemand dat aan mijn brein doorgeven? Want het heeft toch vaker een negatieve invloed op mijn leven. Sinds ik freelancer ben geworden, werk ik meer met taal dan ooit tevoren. Daardoor ben ik mijn best gaan doen om bepaalde patronen te doorbreken. Ik dacht gewoon dat het slordigheidjes waren. Het omdraaien van de letters ‘p’ en ‘m’ en ‘n’ en ‘t’ en ‘d’, waardoor ik constant teksten moet doorspitten om die fouten eruit te halen. Fouten die ongetwijfeld ook in deze tekst staan, zelfs na het teruglezen. Of dat ik me blindstaar op woorden waar dezelfde letter in voorkomt, zoals gEgEvEn. Mijn hersenen zien het dan niet meer. Dat heb ik ergens altijd wel geweten, maar pas sinds kort ben ik me gaan beseffen dat mijn hersenen niet anders werken. Op dit gebied werken mijn hersenen gewoon niet. Tijd om iets te bekennen. Iets wat een schrijver al helemaal niet wil toegeven, maar mijn hersenen hebben moeite om taalregels leren, laat staan ze te onthouden. Tenzij ik een ezelsbruggetje weet te verzinnen, moet ik een taalregel blijven opzoeken, anders bestaat er een kans dat ik het niet goed toepas. Al die uitzonderingen in onze taal maken het mij zeker niet makkelijker. Ik had als kind zo’n moeite met het leren van de Nederlandse grammatica, dat ik liever in het Engels schreef. De allereerste versie van mijn boek, Het Verdoemde Verbond, toen nog onder een andere titel, heb ik zelfs in het Engels geschreven. Zelfs tegenwoordig ‘denk’ ik nog steeds in het Engels. Ik gebruik het ook veel als ik berichtjes stuur en meer dan eens moet ik erop gewezen worden dat ik me schuldig maak aan de verengelsing van een zin. Volgens mij staan er zelfs een paar voorbeelden in deze tekst. En het is niet alleen taal. Als kind duurde het ontzettend lang voordat ik leerde klokkijken. Cijferreeksen kan ik moeilijk onderscheiden. Wiskundige formules zijn net Latijns voor mij. Nou, van een paar Latijnse woorden weet ik op z’n minst nog de betekenis. Het hielp niet mee dat toen ik kind was, je gewoon als lui werd gezien. Leraren raakten geïrriteerd omdat ik het niet snapte, hoe eenvoudig ze het ook probeerden uit te leggen. Ik werd op de gang gezet met als reden dat ik me gewoon niet kon concentreren. Is het dyslexie? Is het dyscalculie? Geen idee. Als kind ben ik er nooit op getest. Dat gebeurde toen maar weinig. Wel weet ik dat ik bepaalde ‘persoonlijkheidstrekjes’ heb die erg kenmerkend zijn bij een bepaalde diagnosering. Waarom deel ik dit nu? Omdat ik wil laten weten dat ik me nergens voor schaam. Omdat de wereld zo weinig begrip heeft voor anders zijn. Omdat ik meer begrip voor mezelf wil hebben. Want ik heb begrip voor jou. Voor wat jou anders maakt. Wees niet te streng voor jezelf. Je hoeft jezelf niet dom te vinden en je hoeft je er ook niet door tegen te laten houden. Ik laat me er ook niet door tegenhouden. Ondanks alles, heb ik al drie boeken geschreven. Ondanks alles probeer ik nog steeds te leren. Maar dan op een andere manier. Een manier die bij mij past. Bij hoe mijn aparte hersenen werken.