Elsschot geeft zijn geheimen prijs.
`Aan Borms is het beruchtste gedicht dat Willem Elsschot ooit schreef. Jarenlang heeft men erover gediscussieerd wat de toch openlijk `linkse Antwerpse schrijver bezield kon hebben om deze collaborateur met een gedicht te eren. Matthijs de Ridder zette zijn tanden in deze kwestie. Hij ontrafelde niet alleen de achtergronden bij dit gedicht, maar ontdekte ook politieke uitgangspunten in nog meer van Elsschots werk.
Zelfs de veelbesproken romans Lijmen en Tsjip krijgen zo een heel andere, veel politiekere betekenis. Dit boek, Aan Borms, is daarom niet alleen een reconstructie van het ontstaan van het buitenbeentje in Elsschots oeuvre, maar ook een politieke revaluatie van enkele van zijn meest gelezen romans. Een spannende zoektocht door het werk van een van de prominentste schrijvers van Vlaanderen.
Matthijs de Ridder is verbonden aan het L.P. Boon-documenatiecentrum (ISLN/Universiteit Antwerpen), waar hij werkt aan een proefschrift over de activistische tegentraditie in de Vlaamse letteren. Daarnaast recenseert hij modern Nederlandstalig proza voor De Standaard.
`Aan Borms is het beruchtste gedicht dat Willem Elsschot ooit schreef. Jarenlang heeft men erover gediscussieerd wat de toch openlijk `linkse Antwerpse schrijver bezield kon hebben om deze collaborateur met een gedicht te eren. Matthijs de Ridder zette zijn tanden in deze kwestie. Hij ontrafelde niet alleen de achtergronden bij dit gedicht, maar ontdekte ook politieke uitgangspunten in nog meer van Elsschots werk.
Zelfs de veelbesproken romans Lijmen en Tsjip krijgen zo een heel andere, veel politiekere betekenis. Dit boek, Aan Borms, is daarom niet alleen een reconstructie van het ontstaan van het buitenbeentje in Elsschots oeuvre, maar ook een politieke revaluatie van enkele van zijn meest gelezen romans. Een spannende zoektocht door het werk van een van de prominentste schrijvers van Vlaanderen.
Matthijs de Ridder is verbonden aan het L.P. Boon-documenatiecentrum (ISLN/Universiteit Antwerpen), waar hij werkt aan een proefschrift over de activistische tegentraditie in de Vlaamse letteren. Daarnaast recenseert hij modern Nederlandstalig proza voor De Standaard.
