Aap & Mol zijn in een dagje Den Haag en willen heel graag naar het strand, maar dan begint het te regenen. ‘Wat nu, Aap?’ vraagt Mol. Een grote witte meeuw heeft alles gehoord en zegt: ‘Ik weet een strand waar het altijd zonnig is! Kom maar mee.’ Zo komen de vrienden terecht in het museum Panorama Mesdag. Ze maken een praatje met Meneer Mesdag en raken elkaar kwijt in donkere gangen en kronkelige trappen. Eindelijk vinden ze elkaar terug in het strandpaviljoen. En daar is ook het prachtige strand. Aap en Mol kijken hun ogen uit, er is zoveel te zien. Aap rent naar zee, maar Mol is voorzichtig. Hij blijft liever bij Sientje Mesdag onder de parasol.
