Albertus was een man van karakter en trots. Hij wist zichzelf vrij te kopen. Maar nadat hij zijn vrijheid had verkregen, zou hij als zwarte man rechteloos in de witte samenleving blijven leven. Zo schrijft hij een brief aan koning Willem I met het verzoek om erkenning van zijn zoon die in slavernij is geboren, en komt daarmee in botsing met diverse koloniale autoriteiten.
