Dat prins Bernhard niet bepaald een vlekkeloos leventje leidde is genoegzaam bekend uit de diverse affaires die in de loop der jaren naarboven zijn geborreld en die voor een deel alweer met de mantel der liefde bedekt zijn door Õs prinsen aanhoudende charmeoffensief.
Intensief onderzoek dat enkele jaren in beslag heeft genomen wijst echter uit dat hetgeen bekend is over de handel en wandel van onze prins nog maar enkele druppels op een gloeiende plaat zijn. Er zitten nog wel wat meer smetten op het blazoen van de man die zo heldhaftig uit de oorlog weerkeerde en (op eigen voordracht) werd benoemd tot opperbevelhebber der Nederlandse strijdkrachten.
In dit boek worden enkele behoorlijk ondergesneeuwde affaires opgediept uit de krochten van een afgesloten tijdperk. Zoals zijn actieve lidmaatschap van de SS, de vermeende? Stadhoudersbrief, het reilen en zeilen van zijn moeder Armgard en zijn broer prins Aschwin tijdens en vlak na de oorlogsjaren, zijn banden met dictator Peron en diens bevallige Evita, de pogingen Juliana van de troon te stoten ten gunste van zijn dochter Beatrix, niet op de laatste plaats zijn betrokkenheid bij de louche bank Teixeira de Mattos.
Alle kwesties die in het boek aan de orde komen worden omstandig ondersteund door originele documenten.
