Toen schrijfster Bertien van Woelderen op een dag volkomen onverwacht spontaan in regressie ging, was ze compleet overdonderd. Ze voelde dat de beelden en gevoelens die zij ineens kreeg niet zomaar droombeelden waren, maar van een heel andere orde. En de beelden lieten zich ook niet zomaar wegsturen. Een paar dagen erna overkwam het haar weer...
'Ineens was ze daar. Ik kijk door de ogen van een kind naar een stoet jonge priesters die de berg op komt. Ik kan voelen dat het volstrekt niet de bedoeling is dat ik daar sta. Er is een zeker weten dat ik daar op die plek van dat gebouwtje met de zuilen niet hoor te zijn. ik weet ook dat ik niet betrapt had mogen worden.'
Omdat de beelden zich maar blijven vertonen, roept dat haar verlangen op naar meer kennis. Wie was zij daar op die hoogte? Wat was er met die plek dat zij daar beter niet kon zijn? Bertien besluit op zoektocht te gaan. Die zoektocht brengt haar naar het huidige Arkadiƫ, met zijn hoge watervallen en wild bruisende rivieren. Er dienen zich lang vervlogen rituelen aan, verbonden met oude, bijna vergeten geschiedenissen.
'Ineens was ze daar. Ik kijk door de ogen van een kind naar een stoet jonge priesters die de berg op komt. Ik kan voelen dat het volstrekt niet de bedoeling is dat ik daar sta. Er is een zeker weten dat ik daar op die plek van dat gebouwtje met de zuilen niet hoor te zijn. ik weet ook dat ik niet betrapt had mogen worden.'
Omdat de beelden zich maar blijven vertonen, roept dat haar verlangen op naar meer kennis. Wie was zij daar op die hoogte? Wat was er met die plek dat zij daar beter niet kon zijn? Bertien besluit op zoektocht te gaan. Die zoektocht brengt haar naar het huidige Arkadiƫ, met zijn hoge watervallen en wild bruisende rivieren. Er dienen zich lang vervlogen rituelen aan, verbonden met oude, bijna vergeten geschiedenissen.