Op de Grote Markt van Leuven worden Antonia van Roesmaele en Katelijn Metsys veroordeeld ‘tot den put’. Levend begraven om hun geloof in de nieuwe leer van Luther. Hun wrede dood wordt snel vergeten. Gewist uit het collectieve geheugen van de stad. Meer dan vierhonderd jaar later wandelt Mia Vanhoof door haar geliefde Leuven. Op de Grote Markt lijken stemmen uit een ver verleden haar aan te spreken. Stemmen die getuigen van foltering en vernedering. Zorgen, onderdrukking en verdriet. Mia gaat op zoek naar de vrouwen achter de stemmen, naar hun verhaal. Tegelijkertijd maakt ze schoon schip met haar eigen verleden.