Heel lang geleden was er eens een mooie koningin. Ze was heel lief en de mensen waren dol op haar. Op een koude winterdag maakte de koningin een wandeling. In het bos prikte ze zich aan een tak. Toen de koningin de rode bloeddruppels op de sneeuw zag vallen, dacht ze: had ik maar een kindje met een huid zo wit als sneeuw, lippen zo rood als bloed en haren zo donker als dat takje!