Nadat de achttienjarige Da Chen op emotionele wijze afscheid heeft genomen van zijn familie, onderneemt hij een uitputtende treinreis van zijn afgelegen dorp in het zuiden van China naar Beijing. Daar wordt hij geconfronteerd met een nieuwe reeks uitdagingen, zoals slechte leefomstandigheden, gebrek aan voedsel, en kamergenoten die elk moment zelfmoord kunnen plegen. Tijdens zijn studie aan het Taleninstituut van Beijing krijgt hij echter last van heimwee. Maar ondanks het feit dat Da Chen niet gewend is aan het moderne leven in de grote stad, blijft hij optimistisch aan laat hij zich niet ontmoedigen. Gewapend met een buitengewone wilskracht om Engels te leren en kennis te nemen van 'alle Westerse dingen' - hij ziet voor het eerst een ijskast en een stereorecorder - moet hij concurreren met zijn medestudenten om een beurs te veroveren. Da Chen wil tot elke prijs in Amerika gaan studeren, want daar lonkt de belofte va een betere toekomst. Zal hij zijn doel bereiken?
