Uil is jarig. Hij heeft een kroon op zijn kop. Er is koek en taart met kaarsen. 'Blaas, Uil! Toe, blaas!' zeurt Vos. 'Dan mag je een wens doen.' Uil heeft wel een wens. Maar Vos ook!
Uil is jarig. Hij heeft een kroon op zijn kop. Er is koek en taart met kaarsen. 'Blaas, Uil! Toe, blaas!' zeurt Vos. 'Dan mag je een wens doen.' Uil heeft wel een wens. Maar Vos ook!
Wil je kort reageren op dit boek of een vraag stellen aan andere lezers, plaats dan een reactie.