Lezersrecensie
Een donker verhaal, dat tot nadenken stemt.
Kraaien tellen van Lucas de Waard is het tweede boek dat hij geschreven heeft.
Zijn eerdere boek, De Kamers, werd genomineerd voor de Gouden Strop.
Tobias Gouweleeuw, hoofdpersonage in Kraaien Tellen, is werkzaam als veegwagen bestuurder.
Hiervoor is hij begonnen aan een studie aan de kunstacademie, een studie die hij niet heeft afgemaakt.
De baan bevalt hem goed, hij heeft met niemand iets te maken, zit alleen in de cabine van het veegwagentje.
Ook met zijn collega 's heeft hij nauwelijks contact.
Het iedere dag weer schoonmaken van de stad, het vuil opruimen wat door anderen gemaakt wordt, die routine, dat is zijn leven .
Na het werk drinkt hij een paar biertjes en gaat alleen naar huis.
Na de zelfmoord van zijn zus Krista gaat het steeds slechter met Tobias.
Met zijn zus had hij een sterke band, hij voelt zich na haar dood alleen en in de steek gelaten.
Hoe het komt dat hij zo 'n sterke band met haar had wordt gaandeweg tijdens het lezen van het boek duidelijk.
Krista en hij hebben geen gemakkelijke en een onveilige jeugd gehad, waardoor de twee van kind af aan steun bij elkaar gezocht hebben.
De manier van Krista om met het leven om te gaan is zich in diverse relaties te storten, die nooit ergens toe geleid hebben.
Tobias daarentegen trekt zich terug, de enige met wie hij een band heeft is met Krista.
In een kledingzaak leert hij een meisje kennen, Cayenne, met wie hij een soort van relatie begint, die eigenlijk alleen gebaseerd is op seks en dat op een harde en agressieve manier.
Zich echt aan Cayenne binden wil hij niet en kan hij waarschijnlijk, gezien zijn verleden, ook niet.
Tot er een moment komt dat hij behoorlijk over de scheef gaat.
Kraaien Tellen is een nogal donker boek, echt humor erin is moeilijk te vinden.
Lucas de Waard gebruikt mooie, beeldende zinnen om het verhaal vorm te geven.
Een voorbeeld: "‘Niet mijn leven binnenkomen, denk ik, niet doen. Het is van mij. Van niemand anders meer."
Ook heeft hij veel oog voor detail.
De eenzaamheid en somberte van Tobias zijn goed beschreven. Ook het feit dat hij wel in staat is de rommel van anderen op te ruimen, maar met zijn eigen rotzooi eigenlijk geen raad weet.
Toch had er wat meer emotie in het boek mogen zitten, zodat de eenzaamheid en rouw van Tobias voor de lezer ook echt voelbaar worden.
Het einde van het boek stemt tot iets van hoop op een betere toekomst.
Zijn eerdere boek, De Kamers, werd genomineerd voor de Gouden Strop.
Tobias Gouweleeuw, hoofdpersonage in Kraaien Tellen, is werkzaam als veegwagen bestuurder.
Hiervoor is hij begonnen aan een studie aan de kunstacademie, een studie die hij niet heeft afgemaakt.
De baan bevalt hem goed, hij heeft met niemand iets te maken, zit alleen in de cabine van het veegwagentje.
Ook met zijn collega 's heeft hij nauwelijks contact.
Het iedere dag weer schoonmaken van de stad, het vuil opruimen wat door anderen gemaakt wordt, die routine, dat is zijn leven .
Na het werk drinkt hij een paar biertjes en gaat alleen naar huis.
Na de zelfmoord van zijn zus Krista gaat het steeds slechter met Tobias.
Met zijn zus had hij een sterke band, hij voelt zich na haar dood alleen en in de steek gelaten.
Hoe het komt dat hij zo 'n sterke band met haar had wordt gaandeweg tijdens het lezen van het boek duidelijk.
Krista en hij hebben geen gemakkelijke en een onveilige jeugd gehad, waardoor de twee van kind af aan steun bij elkaar gezocht hebben.
De manier van Krista om met het leven om te gaan is zich in diverse relaties te storten, die nooit ergens toe geleid hebben.
Tobias daarentegen trekt zich terug, de enige met wie hij een band heeft is met Krista.
In een kledingzaak leert hij een meisje kennen, Cayenne, met wie hij een soort van relatie begint, die eigenlijk alleen gebaseerd is op seks en dat op een harde en agressieve manier.
Zich echt aan Cayenne binden wil hij niet en kan hij waarschijnlijk, gezien zijn verleden, ook niet.
Tot er een moment komt dat hij behoorlijk over de scheef gaat.
Kraaien Tellen is een nogal donker boek, echt humor erin is moeilijk te vinden.
Lucas de Waard gebruikt mooie, beeldende zinnen om het verhaal vorm te geven.
Een voorbeeld: "‘Niet mijn leven binnenkomen, denk ik, niet doen. Het is van mij. Van niemand anders meer."
Ook heeft hij veel oog voor detail.
De eenzaamheid en somberte van Tobias zijn goed beschreven. Ook het feit dat hij wel in staat is de rommel van anderen op te ruimen, maar met zijn eigen rotzooi eigenlijk geen raad weet.
Toch had er wat meer emotie in het boek mogen zitten, zodat de eenzaamheid en rouw van Tobias voor de lezer ook echt voelbaar worden.
Het einde van het boek stemt tot iets van hoop op een betere toekomst.
1
Reageer op deze recensie